afval
Maatschappij

Afval: scheiden, recycleren en hergebruiken

09.02.2015
door Frederic Petitjean

De tijd dat ‘afval’ synoniem was voor ‘storten’ is voorbij. Afvalstromen scheiden en recycleren zijn de ordewoorden van de dag. En al die moeite is nog economisch zinvol ook.

“Groen”

Groen: geen enkele kleur die zo in de mode is vandaag. Ongeveer elk bedrijf en elke bedrijfsleider profileert zich graag als groen, milieubewust en begaan met zijn impact op mens en omgeving. “Dat iedereen tegenwoordig groen is, heeft de term ook wel een beetje uitgehold”, zegt Chantal Block, zaakvoerder van 2C Ecosolutions en gastdocente van de KU Leuven. “Ik verkies de term duurzaam bedrijf. Een duurzaam bedrijf houdt rekening met de drie pijlers van duurzame ontwikkeling: de ecologische, economische en sociale pijler. En die zijn ontegensprekelijk met elkaar verbonden.”

Milieubewuste bedrijven 

Concreet: een bedrijf produceert minder afval aan de bron of vermijdt afval door recyclage (ecologisch). Het moet minder grondstoffen aankopen en minder betalen om van het afval af te geraken (economisch). En het heeft zo een positieve invloed op het welzijn en gezondheid van de burger (sociaal). “Neem nu het staalbedrijf ArcelorMittal in Gent”, geeft de professor als voorbeeld. “Door procesgeïntegreerde maatregelen en de juiste keuze van grondstoffen, benadert hun CO2-uitstoot het theoretische minimum. Elke kubieke meter water die men oppompt uit het kanaal, gebruikt men nu ongeveer 27 keer opnieuw.”

Elke liter water die ArcelorMittal uit het kanaal pompt gebruikt men 27 keer opnieuw

Chantal Block

En ArcelorMittal staat daarin volgens Block niet alleen. Net zoals de meeste burgers milieubewuster worden, zijn ook de bedrijven de laatste decennia meer en meer begaan met hun impact. Voor een deel uit imago-overwegingen, maar vaak ook uit een oprechte bezorgdheid. Bovendien beseft een goed stuk van de industrie dat een verlaging van die impact dikwijls hand in hand gaat met procesefficiëntie en dus dat milieubewust produceren noodzakelijk is om zich te handhaven in een sterk concurrentiële wereld. Komt daarbij dat ook de leveranciers van grondstoffen, de afnemers van producten en de klanten veeleisend zijn geworden. Bedrijven publiceren hun realisaties op gebied van milieu en duurzame ontwikkeling dan ook jaarlijks in een Milieurapport of Duurzaamheidsrapport, die toegankelijk zijn voor het grote publiek. Block: “Uiteraard komt dat het imago ten goede en wellicht is het ook een aantal bedrijven vooral hierom te doen. Dit kan je nooit uitsluiten.”

Afvalverwerking

Desondanks is het verschil in de manier waarop men afval tegenwoordig verwerkt, vergeleken met pakweg twintig jaar geleden, volgens Jan Lux in veel bedrijven sterk geëvolueerd. De milieumanager bij Thermo-Clean Group uit Heusden-Zolder, dat gespecialiseerd is in thermische en chemische reinigingstechnieken in de industrie, noemt dat verschil zelfs gigantisch. “Bij de thermische reiniging gaat het vooral over stof en straalafval. Bij de chemische behandeling over afvalwater en chemische afvalproducten. Vroeger stortte men een groot gedeelte van het vaste afval gewoon en de vloeibare stromen voerde men af voor verwerking. Tegenwoordig zuivert men deze afvalstromen, waar mogelijk, en intern herbruikt of extern verwerkt tot nuttige componenten.” Zo’n werkwijze is volgens Lux ook economisch het meest zinvol, want storten is stukken duurder. “Nu goed, er aan verdienen doen we ook niet, het blijft nog altijd een grote kost. Maar door onze goed beheerste processen en het hergebruik van bepaalde afvalstromen in de procesbaden is wel de aankoop van een aantal grondstoffen gedaald.”

Als je vergelijkt hoe we tegenwoordig afval verwerken met hoe we dat twintig jaar geleden deden, is het verschil gigantisch

Jan Lux

Verbund’-gedachte

Op grotere schaal werkt dit idee volgens professor Block net zo goed. Bij BASF Antwerpen bijvoorbeeld werkt men volgens de zogenaamde ‘Verbund’-gedachte. Men zet grondstoffen efficiënt in door een maximale integratie en vervlechting van de verschillende productinstallaties. De eind- of nevenproducten van de ene installatie vormen grondstoffen voor andere productie-installaties: dat is het product-verbund. “Maar ook op gebied van energie zijn de procesinstallaties met elkaar verbonden”, legt Block uit. “De processen die warmte vrijgeven koppelt men aan processen die energie nodig hebben, zodat het bedrijf grotendeels zelf voorziet in haar energiebehoefte. Dat is dan weer het energie-verbund.”

Volgens Block kan men door zulke werkwijzen en door het verstandig omgaan met afval in het algemeen, vaak een boel geld besparen. Er van uit gaan dat alle afval te hergebruiken is, is echter weer te veel van het goede. Block: “Gevaarlijk vervuilde afvalstromen, die bijvoorbeeld dioxines of zware metalen bevatten, of medisch afval moeten we gewoon uit het milieu verwijderen.” Dat kan door aangepaste verwerkingsmethodes zoals bijvoorbeeld verbranding bij hoge temperatuur in installaties die voorzien zijn van adequate rookgasreiniging. Maar ook hier tracht de industrie het proces weer zo efficiënt mogelijk te laten verlopen. Zo gebruikt men in een moderne installatie, zoals bij Indaver Antwerpen, de warmte van de rookgassen als warmtebron of voor de productie van elektriciteit. Alles om zo min mogelijk te verspillen, geheel in de geest van de tijd.

Grote verschillen tussen landen inzake recyclage

De gemiddelde Europeaan produceert elk jaar 503 kilogram afval, berekende Eurostat, het Europees bureau voor de statistiek in 2013. Daarvan komt 37% terecht op de vuilnisbelt, 25% recycleert men en 15% composteert men. Ongeveer 23% verbrandt men, meestal voor het opwekken van energie. Tussen de lidstaten zijn wel grote verschillen. In Duitsland, Nederland, Zweden, België, Oostenrijk en Denemarken zijn vuilnisbelten nagenoeg verdwenen. In Roemenië, Bulgarije en Malta komt bijna alle afval nog altijd op het stort terecht.

R3D3 scheidt zelf afval

Het Franse Green Creative heeft een slimme vuilbak gemaakt die zelf afval kan scheiden. R3D3 bestaat uit drie grote bakken voor blikjes, plastic flessen en bekertjes. Het soort materiaal dat je er in gooit, wordt door de vuilbak automatisch herkend en naar de juiste bak geleid. Als men papier erin kiepert blijft de opening dicht. Als de bakken vol zitten, geeft de R3D3 een melding op de smartphone. Het apparaat kost 5.000 euro en is bedoeld voor scholen en publieke ruimtes.

Vorig artikel
Volgend artikel