boerenmarkten
Agri & Food

Boerenmarkten zijn een win-win

16.11.2022
door Tuly Salumu

Van hoevewinkels over boerenmarkten tot plukboerderijen. Sinds de coronacrisis doen meer en meer mensen hun boodschappen bij de lokale boer. Maar wat zijn de voordelen? En hoe begin je eraan? 

Tot enkele jaren terug stond de gemiddelde Vlaming bij het zien van een pastinaak of postelein met zijn mond vol tanden. Maar vandaag zijn die vergeten groenten helemaal terug van weg geweest. Een rechtstreeks gevolg van de herontdekking van boerenmarkten tijdens corona. Vlamingen sloegen massaal aan het wandelen en kochten intussen ijs, aardappelen en yoghurt bij de nabijgelegen boer. Net zoals bomma en bompa vroeger.

“In moeilijke periodes grijpen Vlamingen terug naar de korte keten”, zegt onderzoeker Maarten Crivits van landbouwinstituut ILVO. “Ook tijdens de dioxinecrisis zagen we dezelfde beweging. Zodra mensen denken dat het voedselsysteem niet meer veilig is, gaan ze op zoek naar waar hun voeding vandaan komt.” 

In België zijn 3000 producenten die volgens dat principe werken. In 2020 steeg hun totale omzet met 23 procent. “De explosieve groei tijdens corona is intussen gaan liggen”, zegt Crivits. “Mensen plooien zich terug op hun oude routines en gaan weer meer naar de supermarkt. Maar de cijfers liggen nog altijd hoger dan vóór corona.”

Benny Vandevelde van plukboerderij Grondig ziet zijn klantenbestand zelfs opnieuw toenemen. “Door de stijgende prijzen krijgen we steeds meer klanten over de vloer”, zegt hij. “We bieden topkwaliteit en zijn toch goedkoper dan biologische supermarkten. Natuurlijk kunnen we niet concurreren met discounters, maar dat willen we ook niet. Zij hanteren een race to the bottom waarvan boeren het slachtoffer zijn.”

Gezinnen met kinderen vinden het geweldig om samen te oogsten.

- Benny Vandevelde, plukboerderij Grondig

Ondanks de populariteit zijn de misverstanden over korte keten hardnekkig. Zo is het géén synoniem voor streekproducten. In tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden staat het concept niet voor korte afstand, maar voor het geringe aantal schakels tussen producent en consument.

“Kiwi’s kopen van een Zuid-Amerikaanse boer die je kent. Dat is in principe óók korte keten”, verduidelijkt Crivits. “Het gaat niet om de afstand maar om het contact. Mensen kleven graag een gezicht op de voeding die ze kopen. Ze vertrouwen liever een persoon die ze kennen dan een anoniem product in de winkelrekken.” 

Hoevewinkels en boerenmarkten zijn stilaan ingeburgerd, maar er zijn nog een hoop andere vormen van korte keten: zelfpluktuinen, groenteabonnementen, voedselteams, csa-boerderijen. Zij worden vaak gerund door jonge boeren en trekken een jonger publiek aan. “Ik heb vier soorten deelnemers”, zegt Vandevelde. “Echte foodies die op zoek zijn naar kwaliteit en nieuwe groenten willen ontdekken. Gezinnen die gezonder willen eten. Ouders voor wie de beleving heel belangrijk is: zij komen met hun kinderen naar de boerderij en vinden het geweldig om samen te oogsten en de dieren te verzorgen. En een laatste groep die echt wakker ligt van het klimaat.”   

Ook de boeren halen voordeel uit het systeem. Niet alleen krijgen ze meer erkenning van de consument, ze bepalen hun eigen prijs en nemen een grotere marge op het product. “In de lange keten heerst een prijzencrisis”, zegt Crivits. “Een aardappel- of varkensboer die aan de diepvriesindustrie of slachthuizen levert, heeft een veel te krappe marge om een goed loon te krijgen. Daarvoor richt de verwerkende industrie zich te hard op hoge volumes, export en bulk.”  

Maar er zijn ook nadelen. Het is tijdsintensief: boeren worden marketeers en moeten voortdurend op zoek naar afzetkanalen. Bovendien is het niet voor elke boer weggelegd. Maar als het lukt, ontstaat er iets wonderlijks. “Korte keten draagt bij tot de sociale cohesie tussen stad en platteland en benadrukt de authentieke elementen van het boerenlandschap”, zegt Crivits. En misschien nog belangrijker: “Veel kinderen hebben geen toegang meer tot planten, bessen en dieren”, zegt Vandevelde. “Bij ons hebben ze dat wel. Voor moeilijke eters is het extra interessant. Zij eten beter van groenten die ze zelf hebben geoogst.”

Consumenten die lokaler willen kopen, kunnen terecht op het platform www.rechtvanbijdeboer.be. Die databank bundelt meer dan 1700 initiatieven.

Vorig artikel
Volgend artikel