mobiliteit
Innovatie

Ethiek en politiek bepalen de mobiliteit de toekomst

23.08.2023
door Jerom Rozendaal

Rijden we binnenkort allemaal op een vliegend skateboard zoals in Back to the Future, of winnen de elektrische steps aan populariteit? ‘Technologisch zijn de mogelijkheden oneindig, maar mobiliteit is vooral ook een keuze van de politiek en maatschappij.’

Onbemande vliegtuigtaxi’s, vliegende skateboards of auto’s op zonne-energie: het zal technologisch misschien allemaal mogelijk zijn in de toekomst. “Maar de vraag is of de kosten die hiermee gebonden zijn het gebruik logisch maken, en of het maatschappelijk wenselijk is”, zegt professor Chris Tampère, verkeersspecialist aan het Instituut voor Mobiliteit aan de KU Leuven. 

Hij haalt het voorbeeld aan van de auto, die steeds meer uit de stadscentra geweerd wordt. “Auto’s worden door steden als hinderlijk ervaren. Ze veroorzaken geluidshinder en onveiligheid, maar nemen vooral per reiziger te veel schaarse ruimte in beslag.” Als auto’s in de stad als hinderlijk worden ervaren, zal dat niet minder zijn met drones. “Ik denk wel dat ze kunnen terugkomen in de stadsmobiliteit van de toekomst, maar in beperkte mate. Bijvoorbeeld bij het vervoer van een belangrijk pakketje of persoon”, vervolgt de wetenschapper. 

Welke voertuigen zullen het gat van de auto opvullen? “Een combinatie van compacte, individuele voertuigen”, stelt Tampère. Welke vervoerseenheden uiteindelijk zullen domineren? “Geen idee. De step, fiets, scooter of misschien wel exoskeletten, wie zal het zeggen? Vermoedelijk wordt het een combinatie van voertuigen.”

Ethische kwesties

Ook Dirk Lauwers, als professor verbonden aan de onderzoeksgroep voor stadsontwikkeling van de Universiteit van Antwerpen, ziet geen toekomst voor de auto in de stad. “De trend naar autoluwere steden is overal in Europa al ingezet. Anderzijds denk ik dat het mobiliteitslandschap sterk zal verschillen per leefgebied. Op het platteland zie ik nog wel toekomst voor de auto.” Misschien wel voor een autonoom rijdende auto, al ziet Lauwers op dit moment alleen mogelijkheden voor zelfrijdende privé-auto’s op afgebakende, overzichtelijk trajecten zoals op stukken snelweg. Zeker dus niet in een stedelijke omgeving. “Misschien dat het ooit wel mogelijk wordt, maar dan komen er  ook nog ethische kwesties bij kijken. Wie is er bijvoorbeeld verantwoordelijk bij een aanrijding?”

Dergelijke ethische, maatschappelijke discussies zijn volgens hem minstens zo belangrijk voor de toekomst van de mobiliteit als technische ontwikkelingen. “Mobiliteit is uiteindelijk een maatschappelijke, politieke keuze. Benzineauto’s kunnen worden vervangen door elektrische auto’s en deze kunnen op termijn worden vervangen door zelfrijdende elektrische auto’s, maar er verandert in wezen weinig als je niets doet aan het individuele autobezit”, stelt hij. 

De trend naar autoluwere steden is overal in Europa al ingezet.

- Dirk Lauwers, UA

Smartphone

Dat we naar een zekere vorm van deel- en combinatiemobiliteit bewegen, daar zijn de wetenschappers het over eens. Technologie brengt daarbij oeroude concepten dichterbij. “De elektrificatie van de fiets heeft het fietsgebruik een enorme boost gegeven”, zegt Lauwers. Datzelfde zie je met deelsteps, stelt Tampère. “Deelsteps bestaan al decennia, maar door technologie kun je via je smartphone makkelijk de locatie achterhalen en betalen.” De smartphone zou weleens een essentiële rol kunnen spelen in de mobiliteit van de toekomst, vervolgt Tampère. “Het is als het ware het digitale verlengstuk van de mens dat veel data genereert en ontvangt.” De gsm kan volgens hem als basis dienen voor een soort van rekeningrijden waarbij in de toekomst ook de maatschappelijke kost van een vervoersbeweging wordt meegenomen. “Bij vervoersbewegingen maken mensen een kosten-batenanalyse. Wat kost het mij en wat brengt het mij op? Bij dergelijke keuzes worden op dit moment niet de kosten voor de maatschappij meegenomen. Kosten in de vorm van geluidsoverlast, ruimtebeslag en milieu-impact.”

Hij denkt dat deze kosten in de toekomst mogelijk allemaal verdisconteerd worden in een vorm van rekeningrijden. “Je kunt je een toekomst voorstellen waarbij de overheid voor een bepaald gebied bepaalt hoeveel auto’s er wenselijk zijn. Vervolgens kan er een soort realtime marktplaats tot stand komen waarbij de prijs van toegang tot het gebied zich vanzelf regelt door het spel van vraag en aanbod.” Maar ook aan een digitaal aangedreven verkeersmanagementsysteem met hoogtechnologische AI-toepassingen kleeft een ethische discussie. Wat als de technologie het begeeft. Zijn de mensen dan nog in staat op eigen benen verder te gaan of ontstaat er chaos?

Vorig artikel
Volgend artikel