IT
Carrière

“IT is voor ons een maatschappelijke doelstelling”

10.01.2022
door Fokus Online

Smals is de gemeenschappelijke ICT-organisatie van de Belgische instellingen voor sociale zekerheid en gezondheidszorg. Het is zeker geen kleine werkgever én ongeveer elke Belg komt wel eens in aanraking met hun werk. Alleen: Smals werkt vaak achter de schermen. “Daarom trachten we in ons aanwervingsbeleid onze realisaties extra in de kijker te zetten”, zegt Dirk Deridder, Directeur Infrastructuur en Operaties. 

Een omzet van ruim 380 miljoen euro, meer dan 2.000 werknemers en betrokken bij IT-projecten die ongeveer elke landgenoot wel kent. Maar de organisatie achter die cijfers, Smals, werkt vooral op de achtergrond. Smals is de gemeenschappelijke ICT-dienstenorganisatie van tal van Belgische publieke instellingen. Ze is voornamelijk actief binnen de sociale zekerheid en de gezondheidszorg en dat op federaal, regionaal en lokaal niveau. Van de e-Healthbox over Coronalert en de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid tot het Passenger Locator Form en SafeOnWeb… noem een IT-project van de overheid en de kans is groot dat Smals er wel op een of andere manier bij betrokken is. 

Werken bij Smals: boeiend en innovatief

“De markt is momenteel énorm krap”, zegt Deridder. “Wij zoeken constant nieuwe medewerkers, en die zijn soms zeer lastig te vinden. Buiten die structurele schaarste moeten wij ook nog eens afrekenen met een paar hardnekkige vooroordelen. Het eerste is dat mensen vaak niet beseffen hoe boeiend de wereld achter de vacature is. Men denkt dat wij hier de ganse dag in een keldertje achter een pc zitten te tokkelen, maar dat klopt totaal niet met de werkelijkheid. Je werkt niet enkel in een netwerk van machines, maar ook van mensen.”

“Hier werken enorm uiteenlopende profielen: databasespecialisten, netwerkspecialisten, mensen die support doen, noem maar op. Die moeten niet enkel in de diepte kunnen werken, maar ook in de breedte. Wij zijn dus zowel op zoek naar de absolute superspecialisten als naar mensen die kunnen analyseren, synthetiseren en conceptueel kunnen denken. Verschillende teams kunnen bijeenbrengen, over de muurtjes kunnen kijken en denken vanuit de business zijn onontbeerlijke kwaliteiten. Misschien nog meer dan goed kunnen programmeren.” 

Ruimte voor innovatie

Een tweede vooroordeel is dat er weinig ruimte voor innovatie zou zijn in een job waar de overheid je opdrachtgever is. “En alweer: daar klopt totaal niks van”, aldus Deridder. “Ik zal een voorbeeld geven: containertechnologie (een manier om “virtuele” computers te bouwen in servers, red.). Dat is nu een hype in de IT-wereld, maar wij waren daar al ernstig mee bezig in 2015. Wij hebben daar al vijf, zes jaar voorsprong in genomen. Of neem nu technologieën waarmee we garanderen dat toepassingen altijd beschikbaar blijven. Dat doen we door die applicaties te ontdubbelen en in verschillende datacenters onder te brengen. Als een datacenter platgaat, wordt alles automatisch door een tweede datacenter overgenomen. Dat zijn dezelfde technologieën die ook bij Google en Amazon en andere reuzen gebruikt worden. Ons infrastructuurdepartement bestaat uit zo’n 300 mensen. Dan kan je al eens dingen laten bewegen, hoor.” 

Een van de redenen waarom het aanbod van IT-specialisten zo klein, is dat technologie almaar sneller gaat, zegt Deridder. “Als je vroeger een bepaald systeem had geïnstalleerd, dan wist je dat je voor, pakweg, vijf of tien jaar gerust was. En als je nu een systeem installeert, is het vaak na een jaar alweer verouderd. Als iets nog langer dan drie jaar meegaat, spreken we bijna van een mirakel (lacht). De gebruikte technologie is vaak zo jong dat er nog helemaal geen specialisten zijn. Wie vandaag als IT’er afstudeert, loopt al bijna achter vanaf dag één, zo snel evolueert alles.”

Leren van YouTube

Dat wil ook zeggen dat levenslang (bij)leren een absolute noodzaak is geworden. “Dat is zeker zo. En met “bijleren” bedoel ik niet: ik ga tussen 9 en 5 een vuistdikke cursus vanbuiten leren. Nee, vandaag betekent bijleren dat je op je eigen tempo informatie opzoekt op een website, op een blog, in een YouTube-filmpje of dat je iets leert met bijvoorbeeld microlearning-technieken. Je mag van een IT’er tegenwoordig niet meer verwachten dat hij alles kent. Dat is onmogelijk geworden. Een diploma is ook maar een soort basisvoorwaarde geworden om je weg te vinden in deze wereld. Daarom ondersteunen wij dat continue bijleren ook en dat vergt stevige investeringen.” 

Om een idee te geven hoe groot de nood is aan IT-profielen: bij Smals zijn er momenteel zowat 170 openstaande vacatures. “Het is niet zo dat we riskeren dat het licht uitgaat, de zaak blijft voorlopig zeker nog wel draaien”, lacht Deridder. “Maar we kunnen niet ontkennen dat bepaalde projecten vertragingen oplopen of dat sommige nieuwe zaken niet gerealiseerd worden, simpelweg omdat we er niet voldoende mensen voor vinden. Onze backlog aan projecten zit goed vol.”

5.000 koekjes

Moeten we, om dit probleem aan te pakken, dan niet dringend meer jongens en meisjes de STEM- en IT-richtingen in krijgen? Deridder beaamt, maar nuanceert ook. “Een hogere instroom in STEM zorgt uiteraard voor een hogere uitstroom. Maar ook daar is de grote uitdaging dat Smals moet opboksen tegen bekende namen. Daarnaast denk ik dat we tegen een soort “systeemprobleem” aan het oplopen zijn. Er zijn maar zoveel mensen per jaar die in STEM afstuderen. Zelfs als we dat op magische wijze zouden kunnen verdubbelen, zijn we er nog niet.”

“Wij proberen dat probleem te tackelen door nog meer taken te automatiseren, met bijvoorbeeld AI of Robotic Process Automation. Vroeger dacht men dat dat soort technologieën onze jobs zouden komen inpikken, maar nu zijn we blij dat we ze hebben, want ze helpen ons het hoofd boven water te houden. Meer zelfs, dankzij automatisering krijgen onze mensen meer tijd om zich bezig te houden met echt belangrijke taken. Ik vergelijk het altijd met een koekjesbakker. Als je elke dag 5.000 koekjes moet uitrollen met je deegroller, zou je dan niet blij zijn dat je dat door een machine kunt laten doen? Zodat je tijd hebt om bijvoorbeeld je recepten te verbeteren of nieuwe koekjes te verzinnen. Wel, zo denken onze werknemers er net hetzelfde over.” 

Flexibeler werken

Een tweede manier om met de schaarste om te gaan, is eenvoudigweg door flexibeler te werken, legt Deridder uit. “Neem nu telewerk. Vroeger was dat eerder uitzonderlijk, maar tegenwoordig is die correlatie tussen enerzijds de locatie van je werk en de hoeveelheid tijd die je eraan besteedt en anderzijds de resultaten van dat werk, veel meer flou geworden. Met andere woorden: het resultaat van je werk is het allerbelangrijkste, waar en wanneer je werkt, wordt minder belangrijk.”

“Bij Smals werken we door de verstrengde coronamaatregelen opnieuw maximaal van thuis uit, maar ook daarna mag je quasi zelf je werkschema inplannen en drie dagen van thuis uit werken. Die trend is niet meer terug te draaien, denk ik. Natuurlijk komt dat ook weer met zijn eigen uitdagingen: kennisdeling, interne communicatie, interactie met collega’s, het teamgevoel, loyauteit tegenover de werkgever… Daar moet je natuurlijk wel even over nadenken voor je zoiets invoert. Pas op, telewerk lost ook niet alles op. Teams en Zoom zijn nog altijd geen vervanging voor die kleine toevallige interacties aan de koffiemachine. En het is tijdens dat soort informele momenten dat ik soms de meest interessante ontmoetingen van mijn carrière heb gehad, met soms enorme gevolgen. Dat mis je wel als je de hele dag thuis zit.” 

Levenslang (bij)leren is een absolute noodzaak geworden.

Zinvol werk

Tot slot: hoe ziet onze gesprekspartner dit alles evolueren in de toekomst? Als we nog maar aan de vooravond van de digitalisering staan, zoals zo vaak gezegd wordt, zal het probleem dan alleen maar erger worden? “Ik vrees het wel een beetje, ja. Neem nu bijvoorbeeld een telefoon. Vroeger gebruikte je een telefoon om te telefoneren en dat was het. Vandaag draaien op dat ding ook nieuwe diensten, nieuwe apps en nieuwe platformen die elk compleet nieuwe behoeften hebben geschapen. En al die behoeften moeten ingelost worden, dus iemand moet die diensten, apps en platformen bouwen. Er wordt meer dan ooit digitaal geproduceerd en dat zal niet snel veranderen.” 

Dat brengt ons naadloos bij de volgende gedachte: dan zal het alleen maar nog moeilijker worden om mensen te vinden? “Veel eenvoudiger zal het niét worden, dat is wel duidelijk”, reageert Deridder. “Gelukkig heeft Smals wel een belangrijke troefkaart die in de toekomst ook almaar belangrijker zal worden: we bieden mensen zinvol werk. Wij doen, echt waar, belangrijk maatschappelijk werk. Ongeveer alle IT-systemen in de strijd tegen corona hebben wij meegebouwd. En wij zorgen dat RSZ-bijdragen correct en op tijd geïnd worden, zodat mensen hun ziekte-uitkering op tijd krijgen.”

“Wij zorgen dat elektronische voorschriften van dokters correct circuleren. En zo zijn er nog twintig andere voorbeelden. IT is voor Smals een maatschappelijke doelstelling. En dat is iets wat voor veel pas afgestudeerden de komende jaren een belangrijke motivatie wordt om voor de ene of de andere werkgever te kiezen. Belangrijker wellicht dan de paar honderd euro per maand die ze meer kunnen verdienen bij een concurrent.” 

Vorig artikel
Volgend artikel