Interview door Heleen Driesen

Eric Goens: ‘Ik zal altijd bij mijn kinderen in het krijt staan’

Voor VIER en Eén maakte Eric Goens al programma’s als Kroost en Het Huis, waarin hij het deksel van menig gezinspotje lichtte. Maar ook de 51-jarige journalist zelf heeft een schommel in de tuin, die nog altijd dienstdoet. “Ik ben graag kind, samen met mijn kinderen.”

Voor VIER en Eén maakte Eric Goens al programma’s als Kroost en Het Huis, waarin hij het deksel van menig gezinspotje lichtte. Maar ook de 51-jarige journalist zelf heeft een schommel in de tuin, die nog altijd dienstdoet. “Ik ben graag kind, samen met mijn kinderen.”

Op zijn zestiende was Eric Goens nog de kleinste van de klas, tot hij plots een scheut in de botten kreeg en inderhaast zijn rug kapot groeide. De reportagemaker beklimt met enig gesakker de kasseiweg die uitgeeft op een schitterend panorama over hartje Dijleland. Hier staat zijn huis en is ook zijn productiehuis gevestigd, recent omgedoopt tot ‘Bargoens’. Voor de lens poseert een best imposante verschijning – we geven hem 1.90m, maar een man vraag je niet naar zijn lengte – met een karakterkop en een lichaamshouding die zelfvertrouwen uitstraalt. “Als het op mijn kinderen aankomt, ben ik een boterkoek”, overplakt Goens snel dat beeld. Hij is trotse vader van een kwartet: Lou (25) en June (23), zijn twee dochters uit een vorige relatie, en Julia (10) en Rik (8), de kleinste telgen. 

Je had duidelijk een kinderwens?

“(lacht) Die heb ik inderdaad goed ingevuld. Ik zeg wel eens dat ik al mijn hele leven in de pampers zit. Daar zijn ze intussen uit, voor alle duidelijkheid. Maar de ‘normale’ gang van het leven is: je maakt kinderen als je dertig bent en op je vijftigste is het nest weer leeg. Ik ben inmiddels 51 en zit er nog tot over mijn oren in. Dat vind ik ook niet erg. Het cliché zegt dat kinderen je jong houden. Ik ben graag kind, samen met mijn kinderen. Als je ons ziet losgaan op de Playstation, dan valt het soms moeilijk te doorgronden wie nu het kind is en wie de volwassene.” 

Wist je al vroeg dat je kinderen wou?

“Ja, eigenlijk altijd al. Ook baby’s – of ‘platte kinderen’ zoals vooral mannen ze wel eens schaamteloos durven te noemen – kunnen mij mateloos vertederen. Dat koesteren en geborgen houden, zalig vind ik dat. De slapeloze nachten is wat anders. Wat dat betreft, ben ik rijkelijk bedeeld geweest. Mijn twee oudste dochters waren goede slapers, mijn jongste moesten we de eerste maanden zelfs wakker maken voor de voeding. Maar mijn zoon heeft dat ruimschoots gecompenseerd door tweeënhalf jaar lang tot vijf keer per nacht zijn keel open te zetten. Nu kunnen we er om lachen, maar in die periode werden we echt knettergek.”

De ‘normale’ gang van het leven is: je maakt kinderen als je dertig bent en op je vijftigste is het nest weer leeg. Ik ben inmiddels 51 en zit er nog tot over mijn oren in.

Je hebt het je natuurlijk zelf een beetje op de hals gehaald, door terug aan kinderen te willen beginnen.

“Sowieso vind ik niet dat je het als man kunt maken om te zeggen: ik heb al twee kinderen, dus er komen er geen meer. Los daarvan wou ik zelf gewoon nog heel graag kinderen. Ik ga weliswaar niet eindigen als Charlie Chaplin, die nog op zijn 73ste een kleine heeft gekregen. Maar kinderen verschaffen voor mij toch zin aan het leven: je kunt je amuseren met je werk of door op reis te gaan, maar boven mijn kinderen gaat er niets. Ik ben dan wel geen vader die tien uur per dag thuis is – al is dat met corona fel gebeterd –  maar als ik voor een werktrip naar het buitenland ga en mijn zoon staat daar met een pruillipje, dan zit ik in de taxi ook mijn adamsappel weg te slikken.” 

Had je verwacht dat het vaderschap dat met je zou doen?

“Ik ben zelf opgevoed door een generatie die heel zuinig was op gevoelens. Dat heb ik alvast niet overgenomen. Ik ben een knuffelpapa, die zijn kinderen graag bij zich heeft. Wij waren thuis met drie jongens, mijn ouders hadden een zaak. Als we op tijd thuis waren voor het middageten, was het allemaal gelijk waar we uithingen. Het was een opvoeding van: doe wel en zie niet om. Nu is de slinger misschien wat doorgeslagen. Onze generatie maakt zich veel te veel zorgen, waarbij ik trouwens volledig schuldig pleit. Zelfs al weet ik: te bang zijn is niet goed, want zo neem je toch een stuk zelfredzaamheid weg bij je kinderen.” 

Heb je daarin dingen geleerd vanuit je ervaring met je oudste kinderen?

“Ik weet niet of ouderschap gaat over leren of bijleren. Ik denk dat je toch altijd vanuit een soort instinct handelt. Je kunt jezelf daarin niet verloochenen. Wat wel zo is: ik ben ouder nu. Mijn eerste kind kreeg ik op mijn vijfentwintigste. Een ‘man’ van die leeftijd is eigenlijk nog een jongetje, je bent zelf nog aan het uitzoeken hoe je in elkaar steekt. Voor mijn part zou er een wet moeten komen die mannen verbiedt om vóór hun dertigste vader te worden (lacht).”

kinderen

Kinderen krijgen heeft je niet op slag volwassen gemaakt?

“Nee, ik geloof niet zo in die grote ommezwaai. Ik heb ook altijd een beetje medelijden met mensen die hun leven op slot gooien omdat er plots een kind is. Dan denk ik: nee, niet doen! Niet voor die kleine en niet voor jezelf. Want uiteindelijk zegt dat kind over nog geen twintig jaar ‘ciaokes, byekes’ en sta je weer alleen. Het nest zal niet half zo leeg zijn als je de richtingwijzers van je leven zelf in handen houdt. Ik heb niet het gevoel dat ik offers moet brengen, integendeel. Ik zal altijd in het krijt staan bij mijn kinderen, om het simpele feit dat ze je zo onvoorwaardelijk als hun papa aanvaarden en vertrouwen.” 

Wat wil jij bijdragen aan het geluk van je kinderen?

“Of ze goede keuzes maken in hun persoonlijke leven, daar kun je als ouder heel weinig in sturen. Je hebt er bijvoorbeeld geen vat op met welke kerel je dochter morgen zal thuiskomen. Meer nog: hoe harder je je verzet, hoe langer hij zal blijven. Maar wat óók heel bepalend is voor het levensgeluk van je kinderen, is hun keuze voor een job en studierichting. Daar kun je als ouder wel raad in geven. Mijn keuken heeft vol plakbriefjes gehangen omdat mijn dochter June totaal geen idee had wat ze zou gaan studeren. Uiteindelijk is het rechten geworden. Daar floreert ze nu geweldig in. Ze belde me vorige week om te zeggen dat ze haar eerste job te pakken had. Dan ben ik als vader dus pokkefier.”      

Geen last met loslaten?

“Nee, je moet niet krampachtig willen vasthouden aan iets wat je toch kwijtgeraakt. Die controlerende, belerende rol gaat mij als vader trouwens echt niet af. Pas op, mijn autoriteit stáát er wel. Maar: ‘Nee, jij blijft thuis, want je hebt slechte punten op school’ – what the fuck? Alsof dat rapport volgende keer beter zal zijn omdat die kleine drie weken niet naar het voetbal is gemogen. Geen kind zou mogen opgroeien met een voortdurende schrik voor opgelegd gezag. Ik denk dat het juist heel belangrijk is voor een kind om niet te veel angst te hebben. En dat heb je als ouder wél in de hand.” 

Smart
fact

Welke levenswijsheid geef je je kinderen mee?

Eentje die aansluit bij wat ik net gezegd heb: laat je niet belemmeren door mensen die zeggen dat iets zo is of zo móet gaan. Dat is wel het soort levenshouding waardoor je nog vaak met je smikkel tegen de muur zal lopen. Maar het helpt om je eigen pad te vinden.

03.04.2021
door Heleen Driesen
Vorig artikel
Volgend artikel