Interview door Fokus Online

Ann Wurman: ‘Een sterke industrie is de slimste route naar een duurzame toekomst’

Dankzij onze internationale voortrekkerspositie in duurzame chemie speelt België een sleutelrol in de industriële transitie. Innoveren en investeren in klimaatneutrale en circulaire productieprocessen kan echter alleen als de chemiesector voldoende concurrentiekracht heeft om het verschil te maken, en daar knelt het schoentje. Als directeur van essenscia vlaanderen, de sectorfederatie van de chemie en lifesciences-industrie, ijvert Ann Wurman daarom voor een daadkrachtiger industriebeleid. “We hebben nood aan een Industrial Deal.”

Eind vorig jaar stelde essenscia het transitieplan voor de chemie, kunststoffen en farma voor. Hierin verduidelijkt de sectorfederatie haar topprioriteiten voor het industriebeleid en de succesfactoren voor een industriële transitie. Waarom dit initiatief? 

We beschikken over een chemie- en farmasector van wereldklasse, maar die bevindt zich in woelig economisch vaarwater. Tegelijk staan bedrijven voor een ongeziene uitdaging. Er is de ingrijpende energie- en klimaattransitie, maar ook de omschakeling naar een circulaire economie met een grote impact op materialen en grondstoffen. Reken daar ook nog de digitalisering bij en je begrijpt dat dit op korte tijd vraagt om aangepaste infrastructuur en nieuwe technologieën maar ook om divers talent met de juiste kennis en vaardigheden. Met dit transitieplan willen we in aanloop naar de verkiezingen de aanzet geven tot een industrievriendelijk beleidskader dat de juiste randvoorwaarden creëert om die transitie mogelijk te maken.

Jullie koppelen duurzaamheid heel sterk aan concurrentiekracht. Leg eens uit.

Hoe sterker de internationale concurrentiekracht van de industrie, hoe meer bedrijven kunnen investeren in duurzaamheid. Want die transitie vergt massale investeringen. Met ons transitieplan willen we ook de economische en maatschappelijke meerwaarde van de sector in de verf zetten. Die is  gigantisch: de chemie en farma zorgen in ons land voor 100.000 directe jobs, zijn goed voor een derde van alle export en zijn met voorsprong de grootste investeerders in innovatie. Daarnaast – en dat is op vlak van duurzaamheid het belangrijkste – is de sector simpelweg essentieel voor de klimaattransitie. Zonder de materialen en innovaties uit de chemie en kunststoffen kun je die gewoon niet realiseren.

Hoe sterker de internationale concurrentiekracht van de industrie, hoe meer bedrijven kunnen investeren in duurzaamheid.

Waarom niet? 

95% van alle goederen die we in Europa maken of gebruiken zijn rechtstreeks gelinkt aan chemieproducten of -processen. Zo zijn zonnepanelen of de wieken van windmolens gemaakt van hoogwaardige kunststoffen. Hetzelfde geldt voor energiezuinig wonen en transport, waarvoor de sector de isolatieproducten, lichtgewichtmaterialen en batterijcomponenten levert. Net daarom moeten we nu massaal investeringen aantrekken om hier bij ons de chemie van de toekomst verder uit te bouwen.

Waarom weerklinken er vandaag dan economische alarmsignalen uit de sector? 

Dat heeft te maken met de complexe geopolitieke en economische context die de concurrentiepositie van onze industrie zwaar onder druk zet. Dat is voor een deel conjunctureel, maar er spelen ook structurele factoren. Zo zitten we met een meervoudige kostenhandicap. De energiekosten en de kosten gelinkt aan CO2-uitstoot zijn in Europa veel hoger dan in de rest van de wereld. In België komen daar nog eens hogere loonkosten bovenop, door de automatische indexering. Daarnaast worden onze ondernemingen geconfronteerd met een tsunami aan regelgeving, een grote rechtsonzekerheid, bijvoorbeeld op het vlak van vergunningen, én ontbreekt het, in vergelijking met veel van onze buurlanden, aan ondersteunende financieringsmiddelen. Daarom is er dringend nood aan een doeltreffend industriebeleid op alle politieke niveaus, met een duidelijke langetermijnvisie.

Dat is een heel duidelijke oproep aan de politiek. Als buitenstaander krijg je nochtans het gevoel dat industriebeleid nog nooit zo hoog op de politieke agenda heeft gestaan. 

Het besef groeit, dat is zeker. Alleen moeten we streven naar meer coherentie, met een geïntegreerde aanpak over alle beleidsdomeinen heen. De terugkerende botsingen tussen natuur- en klimaatbeleid illustreren dat keer op keer. Denk aan het stikstofdossier, maar evengoed aan de discussies rond de natuurherstelwet of Ventilus. De huidige manier van werken zorgt ervoor dat alles zeer technisch en juridisch wordt. Het industriebeleid moet pragmatischer. We hebben na de Green Deal nood aan een Industrial Deal. Onze boodschap aan de politiek is: geef ons vertrouwen en creëer een stimulerend beleidskader, zodat wij de transitie kunnen realiseren, met behoud van jobs en welvaart. Een sterke industrie is de slimste route naar een duurzame toekomst.

chemie

Wat doen jullie zelf om deze boodschap extra kracht bij te zetten? 

In maart organiseren we samen met de Vlaamse regering en verschillende industriële sectoren de eerste Vlaamse Industrietop, tijdens het slotfestival van Flanders Technology & Innovation (FTI). Daar willen we een blauwdruk voorleggen van hoe wij de toekomst van de industrie in Vlaanderen zien, om zo van industriebeleid een prioriteit te maken voor de volgende regeringen. Daarnaast doen bedrijven hun deel door jaarlijks miljarden te investeren in innovaties en duurzame installaties. We beseffen nog te weinig hoe belangrijk deze sector voor ons land is. Wij zijn wereldwijd het vijfde exportland voor chemie en farma. Voor een klein land als het onze is dat waanzinnig.

Hoe kunnen we ervoor zorgen dat dit besef toeneemt bij de brede bevolking? 

Door nog meer ons verhaal te vertellen op een wervende manier. De link tussen economie en welvaart leggen we nog te weinig uit. We moeten beter duiden dat alles waar we als samenleving waarde aan hechten, gaande van pakweg gezondheidszorg tot sociale zekerheid, verbonden is aan welvaartscreatie die in belangrijke mate gerealiseerd wordt door onze industrie, met de chemie en farma op kop. We merken dat de chemiesector voor velen onbekend is omdat we vaak op dezelfde paradox botsen: chemie zit vrijwel overal in – van verven en cosmetica tot geneesmiddelen of smartphones –, maar niemand beschouwt dat als chemieproducten. Daarom moeten we mensen, en zeker jongeren, bewuster maken van onze cruciale rol in talloze waardeketens en klimaatinnovaties.

Smart
fact

U studeerde zelf geen chemie. Hoe bent u de sector in gerold? 

Als dochter van ondernemers wilde ik altijd al de ondernemerswereld in. Daarom heb ik destijds TEW gestudeerd. Daarna ben ik aan de slag gegaan bij een grote speler in de petrochemische sector. Het is echter een mythe om te denken dat onze sector enkel chemici tewerkstelt. We hebben meer dan ooit nood aan tal van profielen: technisch talent, dataspecialisten, logistieke medewerkers, noem maar op. Bij ons kunnen zij allemaal meebouwen aan de transitie naar de duurzame wereld van morgen.

31.01.2024
door Fokus Online
Vorig artikel
Volgend artikel