schermtijd
Business

Een gezonde balans tussen speeltijd en schermtijd

04.07.2023
door Joost Schellekens

Schermen trekken kinderen aan. We zijn er enkel nog niet helemaal uit of dat een probleem is of niet. Te veel schermtijd heeft een negatief effect op hun gezondheid, maar aan de andere kant kunnen we hen niet volledig afschermen van de moderne technologie. Het is een kwestie van balanceren. ‘Voor ouders die zelf zijn opgegroeid zonder schermen, is dit best een uitdaging.’

De snelheid waarmee media en technologie ontwikkelen zorgt door al de nieuwe mogelijkheden voor veel enthousiasme. Tegelijkertijd wakkeren ze ook angst voor het onbekende aan. De vraag is of die angst terecht is. “Zorgen over wat media met kinderen doen zijn van alle tijden”, legt pedagoog Philippe Noens (KU Leuven) uit. “Tegenwoordig is men ongerust dat smartphones de nieuwe generatie verpesten, maar vroeger dacht men hetzelfde over de televisie. Men sprak zelfs over televisie als ‘het oog van de duivel’. Met dat in het achterhoofd kunnen we de ongerustheid rond nieuwe media wat relativeren en ook kijken naar het positiefs dat ze brengen.”

Realistisch blijven

Kinderen krijgen steeds vroeger hun eerste smartphone, elke dag kijken ze tv en ook in het onderwijs staren kinderen dagelijks naar schermen. Dan vragen veel ouders zich weleens af of al die schermen wel goed zijn voor de kinderen. “Schermen zijn nu eenmaal deel van het leven”, vertelt Philippe Noens. “Ze zijn overal en kunnen enorm handig zijn, maar het is de taak van de ouders om een goede balans te vinden en op te passen voor de mogelijke gevaren. Voor ouders die zelf zijn opgegroeid zonder schermen, is dat best een uitdaging. Ze kunnen namelijk niet afgaan op hun eigen ervaringen en opvoeding. De technologie verandert immers zo snel, dat zelfs jonge ouders niet zijn opgegroeid met de mediamogelijkheden waarmee hun kinderen nu geconfronteerd worden.” De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) stelde enkele schermtijdrichtlijnen op om ouders te helpen. Onder de twee jaar worden alle schermen afgeraden, kinderen tot vijf jaar kijken best maximum één uur per dag naar schermen en tot twaalf jaar raadt de WHO maximum twee uur aan. 

Hoewel de WHO een nultolerantie hanteert voor baby’s tot twee jaar, blijkt uit een meting dat de allerkleinsten gemiddeld 2,5 uur per dag naar een scherm kijken. “Realistisch gezien is nultolerantie wel heel streng”, vertelt Nele Wouters van het Agentschap Opgroeien. “Als kersverse ouder is het weleens fijn om je kind even voor een scherm te zetten, als afleiding. Afgewisseld met speeltijd en genoeg buitenlucht uiteraard. De schermen zijn niet meer weg te denken uit de maatschappij en dus ook niet uit de opvoeding. We moeten ouders gewoon goed informeren, tips geven over een gezonde, evenwichtige schermtijd en hen bewust maken van de mogelijke gevaren”, vertelt Wouters. 

Elk uur dat een kind naar een scherm kijkt, is een gemiste kans voor ‘sociale training’.

- Philippe Noens, pedagoog

Een blik naar de toekomst

Wat ouders te allen tijde moeten vermijden is gewenning. Philippe Noens verwijst daarbij naar een onderzoek van de Nederlandse professor Peter Nikken, dat stelt dat kinderen met te veel schermtijd dat doortrekken naar de toekomst. “Deze mensen hebben meer kans op een ongezond leven”, legt Noens uit. “Dat onderzoek gaat verder dan enkel gezondheidsproblemen zoals slaaptekort, overgewicht en bijziendheid. Het toont ook het sociaal gevolg. Elk uur dat een kind naar een scherm kijkt, is een gemiste kans voor ‘sociale training’. Samen spelen met vriendjes, sporten en jeugdbeweging zijn ideale en broodnodige kansen voor sociale ontwikkeling. Die krijg je niet vanachter een scherm.”

Kinderen in Vlaanderen brengen, als je de richtlijnen van de Wereldgezondheidsorganisatie aanhoudt, te veel tijd achter een scherm door. Daarbovenop wijst niets erop dat de hoeveelheid schermtijd in de toekomst zal afnemen, integendeel. In scholen zijn schermen tegenwoordig ook niet meer weg te denken. “Onlangs woonde ik een debat bij over de kwestie of scholen smartphonevrij moeten zijn”, vertelt Philippe Noens. “Ik ben hier niet zo’n fan van. Als pedagoog ben ik van mening dat media en technologie meer aandacht verdienen in de schoolbanken. Zo kunnen we voorkomen dat kinderen ‘slaven’ van het beeld worden en leren we hen op een gezonde manier omgaan met technologie.” 

De scholen hebben een ondersteunende rol in deze mediaopvoeding, maar ouders spelen de hoofdrol. “In dit digitale tijdperk zou de jeugd moeten leren over de verschillende media als hulpmiddel én de gevaren ervan”, vindt Philippe Noens. “En dat begint al op heel jonge leeftijd.”

Vorig artikel
Volgend artikel