Interview door Hermien Vanoost

‘Innovatie gaat over veel meer dan technologie’

Al meer dan 125 jaar verrast Philips de wereld met toonaangevende vernieuwingen. Ook nu weer waait er een nieuwe wind, zegt co-CEO Jeroen Tas.

Al meer dan 125 jaar verrast Philips de wereld met toonaangevende vernieuwingen. Talloze keren heeft het Nederlandse bedrijf zich al heruitgevonden, en ook nu weer waait er een nieuwe wind. Dat vernemen we van Chief Innovation & Strategy Officer Jeroen Tas.

Vijf jaar geleden is het intussen dat Philips zijn audio-, video- en multimedia-activiteiten van de hand deed. Hoewel er in de winkelrekken nog altijd televisietoestellen en audioapparaten ‘van’ Philips te vinden zijn, hebben die niks meer met het Nederlandse technologiebedrijf te maken. Hetzelfde geldt voor de verlichtingsarmaturen en led-systemen die de naam Philips dragen. Op geen enkele manier zijn die nog aan het moederbedrijf van weleer gelinkt. Sinds de verkoop van de beide divisies ligt de focus van Philips volledig op gezondheidstechnologie. Alle oplossingen die de elektronicagigant uit Eindhoven op de markt brengt, staan in het teken van het gezonde leven, met in het portfolio een brede waaier aan persoonlijke gezondheidsproducten – elektronische tandenborstels, airfryers en blenders, slaapapneumaskers,… – en geavanceerde diagnostische apparatuur zoals CT- en MRI-scanner en volledige behandelkamers.

De man die de zoektocht naar nieuwe oplossingen in goede banen leidt, is Nederlander Jeroen Tas. Onder zijn impuls en die van CEO Frans van Houten begon de R&D-afdeling – die wereldwijd meer dan 10.500 medewerkers telt – op een andere manier te innoveren.

Hoe vullen jullie bij Philips innovatie in?

“Tot voor enkele jaren stond innovatie bij Philips gelijk aan producten ontwikkelen en verbeteren. Nu leggen we de lat hoger. Met de oplossingen die we lanceren, willen we een bijdrage leveren aan een betere gezondheid(szorg). Technologie is voor ons niet langer een doel op zich, maar een middel om betere klinische resultaten neer te zetten, een hogere productiviteit in de zorg te realiseren, preciezere diagnoses te stellen, patiënten beter te begeleiden… Echte innovatie is volgens ons systeeminnovatie: we vertrekken vanuit de uitdagingen en brengen vervolgens de technologieën samen die daar antwoord op bieden en ‘het systeem veranderen’. Ook op de markt van de consumentengoederen zie je producenten die beweging maken. Kijk maar naar wat Elon Musk heeft gedaan. Met Tesla heeft hij voor een doorbraak van de elektrische wagen gezorgd.”

Vroeger stond innovatie gelijk aan producten ontwikkelen en verbeteren. Nu leggen we de lat hoger.

Heb je een voorbeeld van zo’n innovatie bij Philips?

“Ik denk spontaan aan het Lion eCare telemonitoringsysteem, dat we ontwikkeld hebben om patiënten vanop afstand op te volgen. Recente tests bij 200 patiënten met hartfalen – uitgevoerd in vijf Belgische ziekenhuizen – leren dat zo’n e-healthoplossing tot minder ziekenhuisopnames en effectievere behandelingen leiden. Door de dagelijkse monitoring kunnen zorgverleners sneller bijsturen en voelen patiënten zich meer gesteund in hun strijd. Zeker ook omdat ze in hun eigen omgeving kunnen blijven. De kwaliteit van de zorg gaat er dus op vooruit.”

Monitoring betekent dataverzameling. Hoe belangrijk zijn data?

“Wie wil innoveren, heeft data nodig, zeker in de gezondheidszorg. Op dit moment gaat er in de zorg nog veel tijd verloren aan diagnoses stellen. Iemand voelt zich kortademig, gaat naar de huisarts en die verwijst hem vervolgens naar een specialist in het ziekenhuis door, die op zijn beurt weer alles van nul begint te onderzoeken. Als daarentegen al die gezondheidsdata al beschikbaar zouden zijn – omdat het patiëntendossier op een goeie manier wordt gedeeld, en de patiënt via een wearable bijvoorbeeld continu zijn hartslag monitort… – dan zou de zorg veel sneller kunnen reageren.

Dan kan de huisarts tijdens de consultatie met een Philips Ultrasound naar het hart luisteren en die info vervolgens met de bestaande data combineren. In een ideale wereld kan hij dan ook nog met een druk op de knop een cardioloog laten meekijken, om zo meteen tot de beste diagnose en therapie te komen. Op die manier vermijd je een bezoek aan het ziekenhuis, kun je snel een diagnose stellen en ingrijpen vóór het fout loopt. Veel mensen belanden vandaag in het ziekenhuis omdat de signalen niet gezien werden. Meer monitoren betekent meer persoonlijke zorg én betere preventie.”

In welke mate gebeurt dit vandaag al?

“Alle technologieën zijn beschikbaar, alleen worden ze niet op grote schaal toegepast. Daar ligt voor ons dus een volgende uitdaging: we moeten ook over nieuwe businessmodellen nadenken. Voor de verkoop van interventielabs werken we bijvoorbeeld vaak met servicecontracten in plaats van verkoopcontracten. Ziekenhuizen betalen dan niet voor de aankoop, maar voor het gebruik van het lab. Wijzelf stellen daar een service op lange termijn tegenover en engageren ons om het gebruik van het lab te optimaliseren, over de totale levensduur ervan. We begeleiden de operationele kant van de zaak, zodat artsen bijvoorbeeld in staat zijn om meer patiënten in dezelfde tijd te onderzoeken.”

Innovatie staat of valt in veel gevallen met het creëren van een ecosysteem.

Jullie ontwikkelaars werken vaker dan vroeger met externe partijen samen. Waarom?

“Omdat we ervan overtuigd zijn dat het de manier is om tot duurzame innovatie te komen. Door met externe partners samen te werken, kun je je oplossing veel verfijnder in de markt zetten. Je kunt testen en bijsturen op basis van de ervaring in de praktijk, wat sowieso betere resultaten oplevert. Het model is niet meer: we vinden iets uit, maken er een product van en gooien het op de markt. Nee, de beste uitkomst krijg je wanneer je er een open en dynamisch innovatieproces van maakt.”

Welke impact heeft dit allemaal op het R&D-team? Hoe ‘anders’ ziet dat team er in vergelijking met tien jaar geleden uit?

“De traditionele elektrisch en mechanisch ingenieurs hebben we nog altijd aan boord, maar naast hen werken er nu ook veel data en software engineers, psychologen, klinische specialisten en creatieve designers. Als je wil uitzoeken welke de beste therapie is, heb je al die profielen nodig om tot een analyse te kunnen komen. De uitdaging is immers zowel cognitief, technologisch als klinisch van aard. Je moet al die disciplines samenbrengen om voortgang te kunnen boeken. De sector van de gezondheidszorg is daarin niet anders dan andere. Innovatie staat of valt in veel gevallen met het creëren van een ecosysteem. Het gaat in elk geval dus over veel meer dan technologie.”

16.04.2019
door Hermien Vanoost
Vorig artikel
Volgend artikel