geneesmiddel
R&D

De zoektocht naar smart money voor een nieuw geneesmiddel

16.09.2020
door Frederic Petitjean

Een nieuw geneesmiddel ontwikkelen kost veel tijd en moeite, en daarom ook veel geld. Waar vind je als ondernemer die fondsen en waaraan worden de centen precies gespendeerd? Een investeerder en een biotech start-up gunnen ons een blik in de keuken. 

Tien jaar tijd en een miljard dollar, zoveel kost het om een nieuw geneesmiddel op de markt te brengen, luidt de boutade. “Die prijs gaat tegenwoordig al vlot tot twee miljard”, zegt Cedric Ververken, CEO van het Gentse Confo Therapeutics. Het bedrijf ontwikkelde een onderzoeksmethode waarbij antistoffen van lama’s ingezet worden om een nieuw geneesmiddel te ontdekken.

“Het hangt er ook wel vanaf welk type middelen je ontwikkelt en welke ziekten je wilt bestrijden. Soms geraak je er met 100 miljoen ook al. Wij kiezen bijvoorbeeld voor niche-aandoeningen. Dan kun je in beperktere studies met kleinere groepen patiënten aantonen of het product werkt en veilig is. Dat scheelt.” 

Een vrij goed ecosysteem voor start-ups

Maar ook dan is er voor de ontwikkeling van een geneesmiddel veel geld nodig, geeft Ververken toe. “Salarissen zijn de grootste uitgave. Onze onderzoekers moeten uiteraard betaald worden. Ook de labo-uitrusting zelf kost een pak geld. Nog een grote kost is outsourcing: bepaalde delen van de studies laten we door andere organisaties doen.” Vorig jaar wist Confo 30 miljoen euro los te weken bij een groep investeerders. “Om te starten met je bedrijf en de eerste stappen te zetten, heb je een vrij goed ecosysteem in België”, zegt Ververken. “Het probleem zit hem in de groeifase, als je uitgaven stijgen en je dus grotere bedragen nodig hebt. Daar zit nog steeds een gap met bijvoorbeeld de VS.” 

“Om te starten met een bedrijf zit je in België vrij goed. Het probleem is de groeifase, wanneer je grotere bedragen nodig hebt.”

— Cedric Ververken, Confo Therapeutics

Higher risk business

Een vrij nieuwe speler in het Belgische landschap van biotech-investeerders is Bioqube Ventures. Het realiseerde in mei van dit jaar een eerste closing van zestig miljoen euro voor hun Bioqube Factory Funds I. Zij mikken op investeringen van zes tot tien miljoen euro per bedrijf. “We zitten midden in de closing van drie heel concrete dossiers”, zegt managing partner Dirk Reyn. “Na de zomer kondigen we deze eerste investeringen aan. Het unieke aan het fonds is dat we naast klassieke investeringen in al bestaande bedrijven ook durven investeren in projecten die nog niet matuur zijn en waar we samen als medeoprichter het bedrijf mee opbouwen. Dat laatste is een higher risk business, van de tien à twaalf projecten die we daar voorzien, zullen er waarschijnlijk maar vier uitgroeien tot een echt bedrijf.” 

Dat is inderdaad een dilemma waarmee een bio-onderzoeker moet kunnen leven: de kans bestaat dat al het onderzoekswerk naar een nieuw geneesmiddel na enkele jaren voor niks is geweest. “Klopt”, zegt Ververken, “maar wij zijn eerder een platformbedrijf. We willen vooral een technologie bouwen voor de ontwikkeling van medicijnen. En dat platform kan voor verschillende ziekten ingezet worden. Op die manier spreiden we onze risico’s en kansen.”

 Een grote talentpool

België heeft ook wel wat troeven als het op farma, biotech en life sciences aankomt. “We hebben op een erg kleine oppervlakte goede universiteiten en kenniscentra die zorgen voor disruptieve innovatie. Er wordt veel en op hoog niveau aan onderzoek gedaan. Naast verschillende ervaren investeerders, verleent ook de overheid veel steun”, zegt Reyn. “Er is voldoende talent in België en we zien dan ook dat het ecosysteem groeit. Het wordt gevoed door een steeds grotere pool van mensen. Al die inspanningen beginnen vruchten af te werpen met verschillende producten die tot bij de patiënt geraken. Bedrijven als Galapagos of Argen-x, die zijn ooit ook klein begonnen, en kijk waar ze nu staan.” 

De nieuwe Argen-x of Galapagos worden, is ook iets wat Ververken ziet zitten. “Ik zou er geen ‘nee’ tegen zeggen”, lacht hij. “We hebben een goed team, een baanbrekende technologie en ervaring en kennis in huis. Alle elementen zijn er. Ook investeerders kunnen helpen. We willen van hen meer dan enkel een zak geld. Wij zijn vooral op zoek naar smart money: mensen die deze business kennen en kunnen bijdragen aan onze ontwikkeling. Veel vroege investeerders verwachten bij een financieringsdeal trouwens ook een zitje in de raad van bestuur, vandaar het belang om gespecialiseerde mensen aan boord te halen.” 

Vorig artikel
Volgend artikel