artsen
Business

De kleine lettertjes van het kabinet: hoe artsen samenwerken

21.10.2020
door Heleen Driesen

Inhoudelijk hebben artsen belangrijke redenen om de krachten te bundelen. Door inter- of multidisciplinair met elkaar te overleggen kunnen ze expertises uitwisselen, de werkdruk beter verdelen en het zorgtraject beter afstemmen op de noden van een patiënt.

Maar de samenwerking tussen zorgbeoefenaars valt ook op een andere manier – juridisch, financieel en fiscaal – te structureren. “Dan kom je op het terrein van de contractuele samenwerkingen”, legt manager juridische consulting Sofie Libotton van accountants- en adviesbureau SBB uit. “Dat soort contracten kan verschillende vormen aannemen, naargelang het type van partners dat zich met elkaar gaat verbinden.”

Hoe ziet zo’n overeenkomst eruit?

Als huisartsen onderling een praktijk opzetten, dan doen ze dat vaak onder
de noemer van een kostenassociatie, licht de SBB-juriste toe. In dergelijk samenwerkingsverband maken ze afspraken over de kosten die ze gemeenschappelijk willen maken én over de uitgaven die individueel blijven. “In dit type van contract leggen de artsen de verdeelsleutels voor de gemeenschappelijke kosten vast. De inkomsten van de leden van de kostenassociatie zijn altijd eigen. Met andere woorden: hun erelonen blijven artsen elk voor zich ontvangen. De overeenkomst kan ook afspraken bevatten over de manier waarop dokters hun praktijk organiseren en hoe ze permanenties, verloven en vervangingen willen regelen.”

Gezamenlijk in onroerend goed

Tussen artsen-specialisten is er vaak sprake van een nog meer geïntegreerde samenwerking, gaat Sofie Libotton verder. “Niet alleen delen specialisten bepaalde kosten, ze zullen meestal ook hun erelonen poolen en herverdelen. Dat gebeurt dan in de context van een vennootschap, waarbij de maatschap de vaakst voorkomende vorm is. Een derde mogelijkheid is dat huisartsen gezamenlijk investeren in een onroerend goed. Dat stellen ze vervolgens tegen vergoeding (deels) ter beschikking van allerhande paramedici, zoals kinesisten, logopedisten of psychologen. Die hebben dan als voordeel dat ze kunnen gebruikmaken van een uitgerust lokaal, met bijvoorbeeld ook een secretariaat dat oproepen kan ontvangen.”

Het is niet meteen de corebusiness van artsen om zich te buigen over het juridische, fiscale of financiële aspect van hun samenwerking. Maar duidelijke afspraken zijn wel nodig om later discussies of misverstanden te vermijden.

Vragen op voorhand

Het is niet meteen de corebusiness van artsen om zich te buigen over het juridische, fiscale of financiële aspect van hun samenwerking, weet Libotton. Maar duidelijke afspraken zijn wel nodig om later discussies of misverstanden te vermijden. “Enkele vragen waar artsen op voorhand goed over zouden moeten nadenken: Welke kosten willen we allemaal delen? En: welke willen we apart houden? Welk verdienmodel staat er tegenover een bepaalde investering? Wat dekt een eventuele instapvergoeding juist? Zit daar bijvoorbeeld ook een overname van patiënteel in? In geval van een uittrede: hoe gaan we uiteen? Is er sprake van een uitkoopsom voor bepaalde goederen? Of van een niet- concurrentiebeding?”

Totaalplaatje van samenwerking

Belangrijk is dat het totaalplaatje voor de samenwerking klopt, benadrukt SBB. “Een contract sluit je niet alleen af uit juridisch oogpunt. Je moet ook oog hebben voor de financiële en fiscale impact van de gemaakte afspraken. Wie een goede start maakt met een contract dat al behoorlijk veel vragen ondervangt, weet ook beter hoe in bepaalde situaties te handelen. Die structurele basis is evengoed van belang om de samenwerking alle kans op succes te gunnen.”

Vorig artikel
Volgend artikel