recycleren
Maatschappij

Van storten naar recycleren

03.03.2015
door Frederic Petitjean

Niet enkel de huishoudens recycleren en scheiden afval nu veel meer dan vroeger. Ook de industrie doet haar duit in het zakje. En dat is goed voor het milieu én de kassa.

Afvalstromen

Net zoals in de rest van de wereld, is ook in België de hoeveelheid afval die men produceert al jaren aan het stijgen. Volgens cijfers van Statbel ging het in 2012 over net geen 67 miljoen ton. Ter vergelijking: in 2010 was het nog 62,5 miljoen ton. De wetgever wil die aangroei afremmen en liefst nog omkeren. De wetten rond afval en recyclage zijn de laatste jaren dan ook heel wat strenger geworden. Niet alleen voor de huishoudens, maar evengoed voor de industrie. “Er zijn momenteel ongeveer achttien afvalstromen die bedrijven verplicht gescheiden moeten houden”, zegt Werner Annaert van FEBEM, de Federatie van Bedrijven voor Milieubeheer. “Dat zijn dan bijvoorbeeld papier, karton, glas, groenafval, elektronica, textiel en noem maar op. Voor die achttien stromen moeten ze ook een verbintenis aangaan met een afvalbedrijf om die gescheiden aan te leveren.”

Sommige van die afvalsoorten mag men samen in dezelfde container verzamelen, papier en PMD bijvoorbeeld. Voorwaarde is dan wel dat ze mekaar niet verontreinigen en dat ze nadien weer gemakkelijk te scheiden zijn. Desondanks is het verzamelen en recycleren van afval er niet eenvoudiger op geworden. Annaert: “De hoeveelheden stijgen nog in sommige sectoren, het aantal plaatsen waar afval vrijkomt, wordt groter. De soorten afval worden diverser. Gelukkig hebben bedrijven ook al ervaring met afval dat ze al veel langer apart moeten houden. Het chemisch en corrosief afval bijvoorbeeld, of giftig afval en slibs.” Van al het afval dat ontstaat, stort men volgens Annaert momenteel minder dan 10 procent. De rest recycleert en verwerkt men. Bedrijven kunnen het bijvoorbeeld prima gebruiken als energiebron. Zo kan men biogas winnen uit de vergisting van biomassa of afvalfracties omvormen tot pellets voor houtkachels en branders.

Recycleren is niet alleen goed voor het milieu, maar ook voor de portemonnee

Johan Sneyers

Maar niet alle afval laat zich even gemakkelijk aanwenden. Verpakkingsafval is bijvoorbeeld een afvalstroom die uit een heleboel verschillende componenten bestaat. De verwerking daarvan leidt vzw Val-I-Pac in goede banen. Wat het bekende Fost Plus is voor de consument, is Val-I-Pac voor de bedrijven. “Wie in België een product verpakt en op de markt brengt, is in principe ook verantwoordelijk voor de recyclage van die verpakking” zegt algemeen directeur Johan Sneyers. “Als een bedrijf dat wil, mag het die recyclageverplichting zelf organiseren. Maar er zijn weinigen die zich daar aan wagen. Omdat het zo’n intensief en complex proces is.” Een bedrijf dat met honderden of duizenden leveranciers moet gaan overleggen over hoe gebruikte verpakkingen terug moeten komen, staat immers voor een bijna onmogelijke taak. Om dat toch mogelijk te maken, zorgt Val-I-Pac voor een collectieve regeling. Verschillende bedrijven uit diverse sectoren doen een beroep op de vereniging om aan hun afvalverplichtingen te voldoen.

Groene gedachte

De manier waarop een bedrijf met zijn afval omgaat, heeft trouwens niet alleen een impact op het milieu. Ook voor de bottom line is het goed om de groene gedachte te onderschrijven. “Dat klopt”, zegt Sneyers. “Recycleren is niet alleen goed voor het milieu. Maar ook voor de portemonnee. Om te mogen verbranden of storten moeten bedrijven een bepaalde milieuheffing betalen. Hoe beter men recycleert, hoe minder dat nodig is en hoe kleiner dat bedrag dus is. Bovendien zijn het opgehaalde papier, hout of kunststof ook nog iets waard.” Een onderneming die dat goed begrepen heeft, is bijvoorbeeld Umicore. Het bedrijf specialiseert zich in het winnen van edelmetalen zoals goud en zilver uit afgedankte elektronica. De hoeveelheid edelmetalen in dit soort afval ligt gemiddeld hoger dan wat er in erts uit mijnen zit.

Wet van Behoud van Ellende

De notie dat bedrijven wel degelijk een impact hebben op hun leefomgeving en dat men daar bewust mee moet omgaan, is volgens Annaert ondertussen bij veel bedrijfsleiders doorgedrongen. Op een goede manier met afval omgaan en zoveel mogelijk recycleren, zijn de laatste jaren dan ook meer en meer gangbare praktijken geworden. Al blijven er nog uitdagingen. “Je moet bijvoorbeeld zorgen dat je je personeel mee hebt. Zodat het materiaal dat vrijkomt, men al aan de bron zo zuiver mogelijk kan houden.” Als afval te gecontamineerd is, wordt het immers te duur om nog te recycleren. “Ik noem dat de Wet van Behoud van Ellende”, lacht Annaert. “Als je begint met ellende, eindig je ook met ellende of anders kost het veel geld om van je ellende weer af te komen.

Vorig artikel
Volgend artikel