vaccinonderzoek
R&D

Boost de coronacrisis vaccinonderzoek?

18.05.2020
door Heleen Driesen

In tijden van non-crisis is academisch onderzoek, waaronder vaccinonderzoek, niet altijd gemakkelijk. Het kost jaren research om problemen op te lossen die zich misschien niet eens zullen stellen. Bij COVID-19 gebeurde dat wel. “Mochten we nu een vaccin hebben, zouden we niet in deze situatie zitten.”

Ziekte en gezondheid, ofwel: de bouwstenen van het leven en wat daarmee fout kan gaan. Dat is wat de levenswetenschappen bestuderen, legt Jérôme Van Biervliet uit, hoofd Discovery Sciences van VIB (Vlaams Instituut voor Biotechnologie). “Het legt ook mogelijke manieren bloot om daar in te grijpen. Een complexe aangelegenheid, soms moeilijk te begrijpen voor het brede publiek, maar daarin ligt wel onze toekomst.”

Vlaanderen aan de wereldtop

Vlaanderen excelleert in medisch- wetenschappelijke innovaties, treedt Van Biervliet de veelgehoorde teneur bij. “We zijn als Vlamingen soms een beetje te bescheiden, maar we spelen echt mee aan de wereldtop. Neem bijvoorbeeld hiv, een virus waarover in mijn jeugd gezegd werd dat het ons allemaal zou vernietigen. De basis voor de behandelingen van vandaag is voor 80 à 90 procent in Vlaanderen gelegd. Of kijk naar de vele vooruitstrevende kankerstudies die in ons land worden ontwikkeld of getest.”

Jarenlang wetenschappelijk onderzoek

Wetenschappelijk onderzoek is een werk van lange adem, dat vaak onbekend en onbemind blijft. Tot de realiteit anders beslist. “Met de recente corona-uitbraak wordt de opgebouwde expertise nu aantoonbaar”, stelt Van Biervliet vast. “Zelf voeren we met ons instituut al jarenlang belangrijk onderzoek rond antivirale middelen, ook op vlak van influenza. In het verlengde daarvan hebben we een antistof gevonden waarvan we denken dat ze ook bescherming kan geven tegen de CoV-2- variant. De uitdaging is nu om die therapie zo snel mogelijk ontwikkeld te krijgen.”

In crisistijdperk kan de medische industrie hiervoor vaak snel middelen mobiliseren, aldus Van Biervliet. Hoe dan ook is de ontwikkeling van een medicijn of vaccin altijd een langetermijninspanning. Dat weet ook Elisabeth Van Damme, woordvoerster van farmaceutisch bedrijf GSK, dat zijn wereldwijde vaccinhoofdkwartier heeft in het Waalse Waver. “Vaccins maken is een biologisch proces, in tegenstelling tot de fabricatie van klassieke geneesmiddelen. Het neemt maanden tot zelfs enkele jaren in beslag. Eens een vaccin goedgekeurd is door de autoriteiten voor gebruik, moet je er nog de productie-infrastructuur voor bouwen, wat ook veel tijd en geld kost.”

“Iedereen wil vandaag een vaccin, maar wellicht zal één product niet de hele wereldbevolking kunnen dienen.”Elisabeth Van Damme, GSK

“Bij de MERS- en SARS-uitbraak enkele jaren geleden hebben bepaalde onderzoekscentra al kennis opgebouwd van coronavirussen. Zelf hebben we bij GSK een immuunversterkende component ontwikkeld die zijn nut eerder al bewezen heeft. Dat adjuvant stellen we nu vrij ter beschikking aan instituten en bedrijven die bezig zijn met de ontwikkeling van covid-19- vaccins. Vandaag lopen er zo vijf internationale samenwerkingen. Dat zou het vaccinonderzoek moeten versnellen.”

En het is geen kwestie van wie eerst is, benadrukt Van Damme. Belangrijk is hoe de beste samenwerkingen tot de beste uitkomsten kunnen leiden. “Iedereen wil vandaag een vaccin, maar wellicht zal één product niet de hele wereldbevolking kunnen dienen. Dus zijn er maar beter verschillende opties. Anders kom je voor moeilijke beslissingen te staan.”

Belang van een vaccinonderzoek

De wereldwijde vraag naar vaccins stijgt voortdurend, ziet GSK. “Een belangrijke verklaring is dat vaccins intussen hun nut hebben bewezen. De Wereldgezondheidsorganisatie stelt dat er, naast zuiver drinkwater, niets is wat meer levens redt dan vaccins. Jammer genoeg zijn vaccins een beetje het slachtoffer van hun eigen succes. Als vaccinatie sluitend is, dan verdwijnen ziektes. Dus stellen mensen de vraag: waarom is zo’n vaccin nog nodig?” Deze crisis zal ons terug doen beseffen hoe belangrijk vaccinonderzoek wel is, voorspelt Van Damme. “Want mochten we nu een vaccin hebben, zouden we niet in deze situatie zitten.”

Soms is het moeilijk om vaccinontwikkeling te onderhouden in tijden zonder uitbraak, bevestigt Van Biervliet. “Nochtans zijn er heel wat dingen die op ons afkomen – virale aandoeningen zijn daar maar een stukje van – die een lang traject vragen om met adequate oplossingen te komen. Academisch onderzoek mag dan theoretisch lijken, de grote innovaties van morgen liggen erin verborgen.”

Vorig artikel
Volgend artikel