recycleren
Milieu

Minder auto’s, meer recyclage, minder voedselverspilling

03.06.2021
door Frederic Petitjean

Je inzetten voor een circulaire economie kan op veel verschillende manieren gebeuren. Sommige ondernemers laten chauffeurs auto’s delen, anderen maken een app om de voedselverspilling op te lossen en in de academische wereld onderzoekt men dan weer de voor- en nadelen van plastic te recycleren. 

recyclerenLaetitia Gutierrez

Autodeeldienst Poppy Mobility

Op welke concrete manier helpen jullie een groene economie te faciliteren?

“Als autodeeldienst zijn wij bijna de facto bezig met milieubewustzijn. Auto’s vormen natuurlijk een zekere belasting op het leefmilieu, daarom zetten we bijvoorbeeld ook veel elektrische auto’s en wagens op bio-CNG in. Niet voor elke verplaatsing is er een wagen nodig, daarom bieden we ook scooters en steps aan, die nog milieuvriendelijker zijn. Op de lange termijn willen we evolueren naar auto’s ‘ter beschikking hebben’ in plaats van ‘te bezitten’. Daardoor recycleren we grondstoffen en perken we uitstoot in. Poppy zelf is al een klimaatpositief bedrijf, onze CO2-uitstoot wordt meer dan gecompenseerd, bijvoorbeeld door het aanplanten van bomen en groene projecten zoals het compenseren van de CO2-uitstoot van onze werknemers.”

Welke uitdagingen en moeilijkheden moeten daarbij nog overwonnen worden?

“Een eerste uitdaging is om wagens en vervoersmiddelen zo breed mogelijk ter beschikking te stellen, in zo veel mogelijk steden en gemeenten. Veel mensen weten ook nog niet dat deelmobiliteit bestaat of hoe het werkt. De Belg is nog erg verknocht aan zijn eigen wagen, al beseffen de meeste mensen niet dat een auto 96 procent van de tijd gewoon stilstaat en handenvol geld kost, ook als je niet rijdt. Gemiddeld is dat 410 euro per maand, exclusief brandstof. Ook de fiscaliteit drijft nog veel bedrijven naar een bedrijfswagen, daar ligt dus ook een uitdaging voor de overheid. Er zijn wel alternatieven als het mobiliteitsbudget, maar voorlopig blijven dat kleine inspanningen.”

Welke concrete resultaten zal dat met zich meedragen in de toekomst? 

“Poppy heeft de afgelopen jaren een sterke groei meegemaakt. We hopen dat natuurlijk aan te houden. Corona was voor ons een tweesnijdend zwaard: enerzijds heeft het ons geholpen omdat mensen liever alleen in de auto zaten dan op het openbaar vervoer met veel andere mensen. Anderzijds is het aantal verplaatsingen door de pandemie wel gedaald. We zijn trouwens ook niet tegen het afschaffen van de auto. Die blijft zeker zijn plaats behouden in sommige situaties, maar mensen zouden hem veel meer moeten bekijken als één component in het mobiliteitsvraagstuk, samen met andere vervoersmiddelen. De educatie daarover naar het grote publiek blijft een belangrijke taak voor ons de komende jaren.”

circulaire economieProf. Dr. Kim Ragaert (UGent)

PhD in plasticverwerking

Op welke concrete manier helpen jullie een groene economie te faciliteren?

“Door beter en meer plastics te recycleren, en ook door erop te wijzen dat plastic op zich niet de boosdoener is waarvoor hij vaak versleten wordt. Plastic wordt verketterd omdat het niet afbreekbaar is, maar dat zijn metalen ook niet. En we kunnen niet zonder plastic vandaag. Een paar gram plastic rond een biefstuk verlengt de houdbaarheid met 26 dagen, de voordelen daarvan zijn enorm, voornamelijk qua voedselverspilling. Ook de CO2-uitstoot bij plasticproductie is al bij al relatief gering. Glas en karton zijn helemaal niet gegarandeerd duurzamere oplossingen dan plastic. Dat heeft te maken met de hoeveelheid verbruikte materialen, CO2-kost van transport maar ook gebruik van water en land.”  

Welke uitdagingen en moeilijkheden moeten daarbij nog overwonnen worden?

“Het grote probleem is vooral onze consumptiecultuur, voor alle materialen: koop, verbruik, gooi weg. Hoe minder ‘waarde’ we toekennen aan een materiaal, hoe zorgelozer we ermee omgaan. We moeten plastics nog veel meer recycleren, valoriseren en opnieuw in de goederenstroom brengen. In het Westen hebben we al goede systemen opgezet om afval in te zamelen en te scheiden. In de derde wereld is die infrastructuur er totaal niet. Daar kun je de individuele burger ook amper verwijten dat ze zwerfvuil creëren. Als je niet zeker weet of je ’s avonds eten zult hebben, is plasticafval allicht je laatste zorg. Maar hier in België is er geen enkel excuus om je (plastic)afval in de omgeving te gooien.”

Welke concrete resultaten zal dat met zich meedragen in de toekomst?

“Over 50 jaar bestaat plastic nog, daar ben ik zeker van. Maar we zullen dan veel meer waarde geven aan plastic dan vandaag. Ook in de recyclage zijn nog zo veel zaken mogelijk, door betere sorteertechnieken, betere sensoren om plastics te scheiden, noem maar op. Dat sommige plastics zo complex zijn geworden ligt aan de duurzaamheidsbeweging uit de jaren 80. We hebben er alles aan gedaan om de hoeveelheden plastic zo veel mogelijk te reduceren. Dat heeft het, ironisch genoeg, veel uitdagender gemaakt om alles hoogwaardig te recycleren. In de jaren 80 lag geen hond wakker van recyclage (lacht). En we moeten in arme landen de levensstandaard omhoog krijgen, dan zie je meteen de afvalberg enorm slinken.”

recyclerenFranco Prontera

Country Manager Too Good To Go

Op welke concrete manier helpen jullie een groene economie te faciliteren?

“Met onze gratis app kunnen winkels, supermarkten en horecazaken voedseloverschotten redden en recycleren. Zo belanden die niet in de vuilbak. We hebben 1,4 miljoen gebruikers in België. Gemiddeld wordt een derde van al het geproduceerde voedsel in de wereld weggegooid. In België gaat het om 345 kilogram per persoon per jaar. Van elke drie vissen is er gemiddeld één die voor de vuilbak gekweekt of gevist werd. Die ‘nutteloze’ teelt brengt ook zeer veel CO2-uitstoot mee, onder meer via transporten. Volgens de wereldvoedselorganisatie is voedselverspilling goed voor 8 à 10 procent van alle broeikasgassen. Naast onze app doen we ook actief aan sensibilisering en educatie, op scholen, maar ook bij de politiek en industrie.” 

Welke uitdagingen en moeilijkheden moeten daarbij nog overwonnen worden?

“Voedselverspilling is een complex, systemisch probleem over de hele keten: zowel bij voedselproducenten, groothandelaars, distributeurs als consumenten. Eerlijk: 0 procent verspilling is allicht nooit mogelijk. Er is vaak een ‘noodzakelijk kwaad’, maar het meeste is wel onnodig. De grootste verspilling zit bij eindconsumenten: ongeveer 53 procent van al het verspilde voedsel. Dat gaat van groenten met kleine plekjes tot overschotjes die men in de frigo vergeet. Soms is de oplossing simpel. We starten in het najaar bijvoorbeeld een campagne om het verschil uit te leggen tussen ‘ten minste houdbaar tot’ en ‘te gebruiken tot’. De onduidelijkheid daarrond is goed voor 10 procent van alle verspilling.”

Welke concrete resultaten zal dat met zich meedragen in de toekomst?

“Het bewustzijn rond voedselverspilling, recycleren en de gevolgen groeit. We hopen dat dat de komende jaren een stevig draagvlak krijgt. Tegelijk hoop ik ook dat we het respect voor ons voedsel terugkrijgen, zoals onze grootouders dat hadden. Voedsel is een commodity geworden: goedkoop, overal en moeiteloos verkrijgbaar. Dat zet aan tot verspilling. Ook de politiek moet meer oor krijgen voor het probleem. We hebben bijvoorbeeld meegewerkt aan een wetsvoorstel rond het fiscaal aantrekkelijk maken van voedselschenkingen, want dat is nu niet het geval. Tot slot wens ik ook dat alle actoren – producenten, distributeurs en consumenten – samenwerken rond voedselverspilling, alleen met z’n allen kunnen we het probleem oplossen.” 

Vorig artikel
Volgend artikel