afval
Milieu

Kleine fabels, grote consequenties

02.04.2022
door Heleen Driesen

Als het over individuele initiatieven gaat om de voetafdruk op milieu en klimaat te beperken, is een veelgehoord argument dat van de druppels op een hete plaat. Of er klinken geloofwaardige excuses om niet tot persoonlijke actie over te gaan. Wie vandaag of morgen een van de volgende fabels te horen krijgt, heeft alvast een betere uitleg klaar.

1. Ik gooi mijn lege batterijen gewoon bij het restafval, dat is makkelijker en kan toch geen kwaad

Batterijen horen bij het klein chemisch afval. Binnenin zitten metalen en chemische stoffen als mangaan en lood die schadelijk zijn voor het milieu. Die komen dus beter niet in de lucht en in het oppervlaktewater terecht – wat wel gebeurt als ze in de grijze vuilniszak verdwijnen en verbrand worden zoals ander huishoudelijk afval. De grondstoffen in batterijen kunnen gelukkig perfect gerecycleerd worden. Daarom is het belangrijk om lege batterijen van het overige afval te scheiden. Een gemiddeld gezin heeft 134 batterijen in huis, waaronder 31 lege exemplaren. Met 13 gebruikte batterijen kun je al een brilmontuur maken, met 118 een gieter, met 1400 een kinderfiets en met 500.000 gebruikte batterijen een vliegtuig. Even sparen dus en je hebt materiaal voor een eigen privéjet.

2. Ik drink geen kraantjeswater, want flessenwater is gezonder 

It’s all in the advertising. Stijlvolle reclame over helend bronwater wekt soms de indruk dat flessenwater gezonder zou zijn dan kraantjeswater. Nochtans is water uit de kraan om verschillende redenen een betere keuze dan flessenwater. Ons kraantjeswater gaat door zuiveringsinstallaties die het zeer zorgvuldig filteren en schoonmaken. De Vlaamse watermaatschappijen controleren dagelijks volgens strikte normen op onder meer bacteriën, kalk, pesticiden of zware metalen. Flessenwater bevat mogelijk te veel bacteriën, die in aantal kunnen vermeerderen zodra je de fles opent. Test-Aankoop stelde in het verleden bij een kwart van de merken te hoge concentraties vast in fluor, sulfaat en/of natrium. De ecologische voetafdruk van kraantjeswater is bovendien vele malen kleiner dan die van flessenwater.

3. Ik gebruik regelmatig een heet wasprogramma, anders krijg ik die vlekken er niet uit

Warm water vraagt vijftig keer meer energie dan koud water en heeft zodoende een stevige impact op zowel het milieu als de portemonnee. Alvast een goede reden om niet automatisch naar een wasprogramma op hogere temperatuur te grijpen. Maar er is ook een veel pragmatischer argument: voor de meeste vlekken geldt dat spoelen met heet water juist een averechts effect heeft. De vlek zal sneller in de stof trekken. Best leg je kleding met vlekken zo snel mogelijk in koud water, om het daarna met het juiste wasmiddel te behandelen. Moderne wasmiddelen laten het toe om ook bij lagere temperaturen, 30 °C of zelfs koud, goed schoon te wassen. Het linnengoed in de keuken, badkamer of in de slaapkamer was je best wel geregeld op 60 °C.

afval

4. Ik sorteer mijn plastic afval niet, want het valt toch nauwelijks te recycleren

Toegegeven, tot voor enkele jaren recycleerden we in België nog ‘slechts’ 40 procent van het plastic huishoudelijk afval en ongeveer de helft van het plastic bedrijfsafval. Maar de inhaalslag die nodig was, lijkt nu toch kordaat ingezet. Met de lancering van de nieuwe blauwe zak in april 2021 zijn bijna alle plastic verpakkingen welkom voor recyclage. Een hogere inzameling van plastic verpakkingen, efficiënte sorteercentra en gespecialiseerde (nieuwe) recyclagefabrieken moeten België in staat stellen om tegen 2023 een recyclagepercentage van 65 procent voor plastic huishoudelijke verpakkingen te behalen. Een deel van de verantwoordelijkheid blijft bij de huishoudens en bedrijven. Beter sorteren en recycleren is één luik van het verhaal, minder plastic produceren en verbruiken is een ander.

5. Ik verkies een lekker lange douche boven een bad, want daarmee verbruik ik toch nog altijd veel minder water

Feit: een gemiddelde douchebeurt van 9 minuten kost 65 liter warm water per keer, een bad 120 liter. Je kunt dus beter dagelijks onder de douche gaan dan iedere avond languit in bad liggen. Heb je zo’n indrukwekkende regendouche, dan mag je al snel een paar liter water (en kilowatt energie) optellen bij je dagelijkse douchebeurt. En weet je zeker dat jij de klus op 9 minuten klaart? Voordeel van een douchebeurt: die valt perfect te timen. Wie maximaal 5 minuten doucht, liefst onder een douchekop met waterzuinige functie, bespaart daarmee heel wat water, energie en geld. Op jaarbasis kan een gemiddeld huishouden ruim 15.000 liter warm water en 60 m3 gas (samen €70, prijspeil januari 2021) uitsparen ten voordele van het milieu.

6. Ik eet alle dagen vlees, want één dag vegetarisch maakt toch geen verschil?

Gemiddeld eten wij Belgen 770 tot 980 gram vlees per week. Dat is tot 2,5 keer meer dan het aanbevolen maximum van 400 gram vlees per week. Slechts een op de tien Belgen respecteert de officiële gezondheidsaanbeveling, staat in een rapport van Greenpeace over de impact van de vleesconsumptie op de klimaatopwarming. Die impact is aanzienlijk. Voor 1 kilo vlees is gemiddeld 5 kilo plantaardig voer nodig. Van alle uitstoot van broeikasgassen wereldwijd is minstens 14,5 procent afkomstig van de veehouderij: een aandeel groter dan dat van de totale transportsector. Wie een jaar lang één dag per week geen vlees eet, vermindert de eigen vleesconsumptie met 6 kilo. Geen slecht idee voor hart en bloedvaten. Vanuit klimaatoogpunt betekent het een jaarlijkse besparing van zo’n 1740 gram CO2-uitstoot en één maand douchewater.

Vorig artikel
Volgend artikel