vitamine D
Gezondheid

Vitamine D: bondgenoot in de strijd tegen COVID-19

06.10.2020
door Frederic Petitjean

Met de winter die voor de deur staat, is het belangrijk om je vitamine D-niveau op peil te houden. Deze winter allicht zelfs nog meer dan voorgaande jaren. Verschillende studies tonen immers aan dat vitamine D de impact van COVID-19 op het lichaam stevig kan helpen inperken. 

Dat de vitamine heel wat heilzame eigenschappen heeft, was al langer bekend. Het zorgt er bijvoorbeeld voor dat ons lichaam sterke botten en voldoende spierkracht heeft. Het gaat botafbraak tegen en helpt bij het voorkomen van osteoporose.

Verband met COVID-19

De stof speelt ook een belangrijke rol in de goede werking van ons immuunsysteem en bevordert de natuurlijke aanmaak van stoffen die bacteriën en virussen bekampen. Vitamine D helpt ons lichaam bijvoorbeeld bij de productie van cathelicidine, een natuurlijk antibioticum. Ook de invloed op longziekten is vroeger al aangetoond. Zo is er bijvoorbeeld een hoger risico op astma bij gebrek hieraan en blijken ook patiënten met COPD (vernauwde luchtwegen, vooral door roken) frequent vitamine D-tekorten te hebben.

Al die eigenschappen hebben onderzoekers wereldwijd aangezet om na te gaan of er misschien een verband bestaat tussen vitamine D en COVID-19. Zowel in Duitsland, de VS als in eigen land was het verdict gelijklopend: er lijkt wel degelijk een (negatief) verband te bestaan tussen de vatbaarheid voor het coronavirus en een tekort aan vitamine D.

Onderzoeken naar tekorten + corona

In het AZ Delta in Roeselare bijvoorbeeld werd de vitamine D-status onderzocht van 186 patiënten die besmet waren met COVID-19. De resultaten waren zonneklaar: deze patiënten hadden een duidelijk lagere hoeveelheid in hun lichaam dan de controlegroep. Vaak was er zelfs sprake van een tekort. Hoe ernstiger het tekort, hoe hoger ook de kans op gevorderde stadia van longaantasting. Opmerkelijk wel: die correlatie kwam enkel voor bij de mannelijke patiënten. Allicht komt dat door verschillen in het immuunsysteem van mannen en vrouwen.

Ook aan de University of Chicago Medicine werd een vergelijkbaar onderzoek gehouden. Daarvoor werd van 489 patiënten de vitamine D-spiegels opgemeten in de twee maanden voor ze op het virus werden getest. Ook hier bleek dat er een duidelijk hogere kans was op een positieve COVID-19-uitslag bij mensen met een tekort. “De vitamine is belangrijk voor de immuunfunctie en vroeger werd al aangetoond dat supplementen het risico op virale luchtweginfecties kunnen verlagen”, zegt dokter David Meltzer, die de studie leidde. “Onze statische analyse bevestigt dat dit mogelijk het geval is voor COVID-19-infecties.”

 

Er lijkt wel degelijk een (negatief) verband te bestaan tussen de vatbaarheid voor het coronavirus en een tekort aan vitamine D.

Hebben we meer nodig?

Het hoeft dus niet te verwonderen dat bijvoorbeeld de Britse gezondheidsautoriteiten hun bevolking hebben aangeraden om supplementen te nemen gedurende de pandemie. Zeker oudere mensen kunnen daar baat bij hebben. Volgens Britse onderzoekers zou vitamine D een dubbele rol spelen om de gevolgen van een besmetting in te perken. Vooreerst ondersteunt vitamine D de productie van antimicrobiële peptides in de epitheelcellen (dekweefselcellen) van onze luchtwegen, waardoor de kans op een infectie kleiner wordt. Ten tweede werkt vitamine D als een soort ontstekingsremmer wanneer het lichaam met covid besmet wordt.

Ons lichaam is dus absoluut gebaat bij een gezond vitamine D-peil. Toch blijken veel mensen in de westerse wereld met een tekort te kampen. Dat komt vooral om dat zelfs een gezond voedingspatroon weinig invloed heeft op de hoeveelheid ervan in ons lichaam. Onder meer boter, eieren en vette vis bevatten wel vitamine D, maar in lage concentraties. Slechts tien procent van de toevoer van vitamine D haalt ons lichaam uit ons eten. De rest wordt aangemaakt onder invloed van zonlicht.

Daar speelt dan weer dat we in een regio wonen waar de intensiteit van het zonlicht te laag is om echt hoge hoeveelheden vitamine D te produceren. In de winter speelt dat probleem natuurlijk nog meer. Bovendien brengt de moderne mens ook het grootste deel van zijn dag binnenhuis door en niet in het zonlicht, zeker in tijden van een lockdown. Bij ouderen is het proces waarbij het lichaam vitamine D aanmaakt uit zonlicht dan ook nog eens een stuk minder efficiënt dan bij jongeren.

Voordelen van supplementen nemen

De enige manier om tekorten te vermijden is dus het innemen van supplementen. De Hoge Gezondheidsraad heeft daarover ook richtlijnen gepubliceerd. Ze beveelt 400 ie (internationale eenheden) vitamine D per dag aan voor alle kinderen vanaf de geboorte, 600 eenheden voor adolescenten en volwassenen en 800 voor de 60-plussers en de zwangere vrouwen. Mensen boven de 70 zijn gebaat met 1.000 ie per dag. In bepaalde omstandigheden, bijvoorbeeld bij personen die niet meer buiten komen, zijn nog hogere doses aangewezen. Al is overdrijven niet meteen aangewezen. De maximale dosis is 2.000 ie voor kinderen en 3.000 ie voor volwassenen, tenzij voor zeer specifieke medische redenen.

Tot slot: Het is aangeraden om regelmatig een beperkte hoeveelheid van het supplement in te nemen. Dat sluit immers het beste aan bij het natuurlijke patroon. Deze werkwijze geeft dan ook betere resultaten dan de inname van bijvoorbeeld één zeer hoge dosis om de maand.

Vorig artikel
Volgend artikel