technologie
Gezondheid

Technologie ter ondersteuning, niet als vervanging

30.08.2019
door Jeroen Verbeeck

Een zelfrijdende ambulance of een robothuisarts? Zo ver zijn we nog niet, hoewel innovatie ook in de zorgsector aan een sneltempo voorbij raast. Drie experts laten hun licht schijnen over de laatste digitale trends in de zorgsector. 

Jan Flament
CEO, Ziekenhuis Geel
Virtual Reality (VR)

Hoe past de zorgsector vandaag deze technologie toe?

“We gebruiken VR onder meer in het operatiekwartier om patiënten af te leiden en tot rust te brengen tijdens ingrepen. De resultaten zijn indrukwekkend. Zo moeten we soms minder anesthesie gebruiken. Ook in revalidatie is VR erg interessant omdat je de focus van de patiënt volledig op de oefening kunt brengen. In Parijs werkt een pneumoloog met VR om kinderen met astma te ‘leren’ ademen. Ze krijgen een sensor op de buik en borst en zien door de VR-bril een figuurtje dat ze evenwichtig moeten opblazen. Daarnaast gebruikt de zorgsector VR voornamelijk voor opleidingen of trainingen van zorgverstrekkers, onder andere in het operatiekwartier.” 

Vraagt dit veel financiële middelen en opleiding?

“De grootste kost is de ontwikkeling van de software. Ieder element moet tot in het kleinste detail virtueel uitgetekend worden. Qua hardware valt het mee. Met de nieuwste Oculus kun je bijvoorbeeld erg veel. Bovendien is ons land met bedrijven als Onebonsai wereldtop in VR-ontwikkeling. De VR-toepassing die wij in het ziekenhuis gebruiken, werd ook ontwikkeld door een Belgische start-up, Oncomfort. Zij werkten een betaalbare plug-and-play-oplossing uit die werd erkend als medical device. De uitdaging vandaag is weliswaar de veelheid aan innovatie, waardoor je door de bomen het bos niet altijd ziet. De oprichting van een kenniscentrum voor innovatie in de zorgsector zou daarbij kunnen helpen.” 

Hoe zie jij deze technologie in de toekomst evolueren?

“Er is soms te weinig aandacht voor de hardware. Een grote opportuniteit in dit domein is de smartphone: iedereen heeft er één, en het combineert heel wat rekenkracht met een sterke camera én straffe beeldkwaliteit. Op middellange termijn zal VR steeds meer gecombineerd worden met augmented reality (AR), waardoor de mogelijkheden immens worden. Zo ontwikkelde neurochirurg Johnny Duerinck met een team van de VUB een toepassing waarmee een arts met een AR-bril, de Microsoft Hololens, de beelden van de binnenzijde van de schedel op het hoofd van de patiënt projecteert. Ik verwacht dat, met dergelijke ondernemingszin, AR en VR de kostprijs, werking, service en kwaliteit van de zorg zullen verbeteren.” 

Eric Van der Hulst
Innovation manager health (imec)
Internet of Medical Things (IoMT)

Hoe past de zorgsector vandaag deze technologie toe?

“Je ziet heel wat toepassingen die medische parameters verzamelen en doorsturen, zoals bloeddruk- of hartslagmeters. Maar ook bepaalde sensoren vallen onder Internet of Medical Things. Er bestaan sensoren op deuren om te voorkomen dat dementerende personen beginnen dwalen, of je kunt sensoren inzetten voor valdetectiesystemen in de ouderenzorg. Je ziet dat dergelijke toepassingen ook steeds meer ingebed raken in een smartphone. De commerciële sector ontwikkelt aan de lopende band verschillende apps met betrekking tot gezondheid, maar die zijn niet gekoppeld aan het reguliere circuit van zorgverstrekkers. Er is bijvoorbeeld geen terugbetalingsmodel voor patiënten die medische apps gebruiken.” 

Vraagt dit veel financiële middelen en opleiding?

“Voor de zorgverleners is het eerder een financiële kwestie. Als je fysisch naar een patiënt gaat of er moet iemand tot bij jou komen, dan brengt dat iets op. Voor contact met een patiënt via Skype krijgt een zorgverlener niets, hoewel dat ook een kwalitatief contact kan zijn. Verder zie je dat er voornamelijk voluntaristische pogingen zijn om IoMT toe te passen. Ik voel wel een zekere koudwatervrees. Zorgverstrekkers willen uiteraard geen risico’s lopen en moeten 100 procent zeker zijn dat de technologie functioneert. Die vraagt ook om veel meer flexibiliteit, want als een patiënt continu wordt gemonitord, vraagt dat ook om een voortdurende paraatheid om in te grijpen.” 

Hoe zie jij deze technologie in de toekomst evolueren?

“Je zal met minder mensen meer zorg kunnen aanbieden. Je krijgt een toename van het aantal wearables én een toename van de parameters die je kunt meten. Bij imec hebben we een horloge ontwikkeld dat er tientallen tegelijk kan monitoren. De evolutie van IoMT zal zich dan veeleer in de thuissituatie doorzetten. Sensoren en wearables verzamelen patiëntgegevens bij hen thuis en sturen die door naar een centrale plaats; de Touring Wegenhulp van de zorg. In zo’n zorgcentrales kun je veel efficiënter mensen monitoren en helpen. De financiering zal zich weliswaar moeten aanpassen als ze dit zorgmodel verder willen ondersteunen.”

Joan Van Loon
IBM Industry Leader Healthcare
Artificial Intelligence (AI)

Hoe past de zorgsector deze technologie vandaag toe?

“Dat gebeurt voornamelijk in drie toepassingen. In de eerste plaats is AI belangrijk in het optimaliseren van de interactie met de patiënt, denk bijvoorbeeld aan het gebruik van zorgrobots. Daarnaast is er ook het ‘discovery’-aspect. AI biedt de mogelijkheid om grote volumes data te analyseren of om nieuwe inzichten te krijgen in bestaande data. Dat is belangrijk voor de ontwikkeling van nieuwe medicatie en nieuwe inzichten in ziektebeelden waar nog weinig over geweten is. Tot slot heeft AI ook een beslissingsondersteunende rol in zorgmanagement of in het begeleiden van patiënten. Denk maar aan diabetespatiënten die een signaal krijgen wanneer ze een inspuiting moeten doen.” 

Vraagt dit veel financiële middelen en opleiding?

“Uit een bevraging van IBM blijkt dat twee op drie respondenten de meerwaarde van AI inziet, maar de investering nog te groot vindt. Je moet eerst investeren in de integratie van bestaande data in je systemen, zodat AI daarmee kan werken. Daarnaast is de technologie nog relatief duur voor zorgtoepassingen en zijn medewerkers met die competenties dungezaaid. Nog belangrijker is het ethische aspect. AI moet mensen ondersteunen en niet vervangen. Dat vraagt om meer transparantie van de systemen en om een versimpeling van de algoritmes, zodat medewerkers begrijpen wat er gebeurt. Studies tonen dat de foutenmarge het kleinst is als mens en machine samenwerken, niet wanneer ze ieder apart hun gang gaan.”

Hoe zie jij deze technologie in de toekomst evolueren voor de zorgsector?

“Momenteel zie je erg veel ‘narrow AI’ die gelimiteerd is tot één taak, bijvoorbeeld natural language processing: het begrijpen van gesproken taal. Waar AI nu voornamelijk de linkerhersenhelft nabootst, ons spraak- en analytisch vermogen, zal dat steeds meer evolueren naar de rechterhelft, onze zintuigen. AI zal in de toekomst ook steeds meer data kunnen verwerken én analyseren. Ik denk maar aan de ondersteuning in persoonlijke genomica, waar we op basis van DNA op voorhand beslissingen kunnen nemen over gepaste medicatie of zorg. Vandaag verwerkt AI ook voornamelijk klinische data, maar ook dat zal uitbreiden naar exogene factoren zoals omgeving, levensstijl of socio-economische invloeden.”

Vorig artikel
Volgend artikel