brandwonden
Gezondheid

Eerst water, de rest komt later

16.12.2021
door Fokus Online

De meeste brandwonden worden thuis opgelopen en vooral kinderen zijn er het slachtoffer van. Hoe kan je dat voorkomen? Wat zijn de eerste zorgen die je moet toedienen? En hoe kan goede nazorg heel wat (psychologisch) leed voorkomen? Patrick Vanlaeke van de VZW Pinocchio legt uit.

Cijfers

Over hoeveel kinderen in ons land jaarlijks brandwonden oplopen zijn er niet zo gemakkelijk cijfers te vinden. “Dat komt omdat de meeste kinderen, gelukkig maar, geholpen kunnen worden door hun huisdokter”, zegt Patrick. “En daar worden geen concrete cijfers bijgehouden. We hebben wel cijfers van de zes speciale brandwondencentra van België. En die nemen allemaal samen ongeveer 500 kinderen per jaar op. Dat wil dus zeggen dat er gemiddeld om de twee dagen een Belgisch kind in een brandwondenkliniek belandt. Het enige “lichtpuntje”: dat cijfer blijft al jarenlang stabiel, het stijgt dus niet echt meer. Maar aan de andere kant: veel dalen doet het ook niet.” 

Over de oorzaken is Patrick formeel: veruit de meeste brandwonden bij kinderen worden veroorzaakt in thuissituaties. “Ik schat dat dat toch snel 90 procent zal zijn”, zegt hij. “Denk dan aan een pot heet water dat een kind over zich krijgt, verbranden door heet water in het bad, kookplaten of ovens die worden aangeraakt, ongelukken bij het frieten bakken, het omtrekken van koffiepotten,… zulke zaken. De overige tien procent zit dan onder meer bij ongelukken bij de barbecue, kinderen die gewond raken bij het stoken van vuurtjes, ongelukken met vuurwerk en ook huisbranden.” 

Brandwonden kunnen zeer pijnlijk zijn en veel tijd nodig hebben om te genezen, dat is zowel zo voor kinderen als volwassenen. Maar bij kinderen is er vaak nog een andere factor in het spel. “De littekens zijn lastig om te dragen, zeker bij tieners en bij meisjes”, zegt Patrick. “Gaan zwemmen met je vriendinnetjes als je armen of je borstkas vol littekens staan…dat is niet evident. De oppervlakte en de diepte van de brandwonden kunnen wij meestal wel behandelen, maar het psychologische trauma vraagt toch een gespecialiseerde aanpak.” 

Regel van 9

Hoe weet je nu eigenlijk of iemand zwaar verbrand is of niet? Daarvoor bestaat de zogenaamde “Regel van 9”, legt Patrick uit. “Daarmee kan je berekenen hoeveel procent van het lichaamsoppervlakte verbrand is. De oppervlakte van een bepaald lichaamsdeel is altijd 9 procent van het totale lichaam of een veelvoud daarvan. Een hoofd is bijvoorbeeld 9 procent, een arm is 9 procent, een volledig been is 18 procent. Wanneer beide benen verbrand zijn, kan je dus stellen dat 36 procent van het lichaam brandwonden heeft.”

Dat getal is belangrijk voor de hulpdiensten om de ernst van de verbranding in te schatten en vooral de kans dat het lichaam in shock gaat. Patrick: “Die shockreactie komt er omdat je water en eiwitten verliest door verbranding. Het percentage van de verbranding geeft aan hoeveel vocht moet toegediend worden om dat tegen te gaan.”

Naast de hoeveelheid oppervlakte die verbrand is, speelt natuurlijk ook de ernst van de brandwonden zelf mee. Dat wordt uitgedrukt in de zogenaamde “graden”. 

Eerstegraads brandwonden zijn het minst erg. Hierbij is nog geen sprake van een open wonde. De huid is meestal rood en droog en kan best pijnlijk zijn, maar die pijn gaat na een tijd ook weer voorbij. Tweedegraads brandwonden zijn te herkennen aan een rode huid, waarbij soms blaren te zien zijn. Als die blaren kapot zijn, is de huid vochtig. Tweedegraads brandwonden doen meestal erg veel pijn. De ernstigste brandwonden zijn derdegraads. De huid is daarbij zwart of wit van kleur, maar is door beschadiging van de zenuwen juist niét pijnlijk. De kans op littekens is na een derdegraadsverbranding groot. 

De littekens zijn lastig om te dragen, zeker bij tieners en bij meisjes.

Trucjes van grootmoeder

Gelukkig zijn kleine kinderen meestal wel in het gezelschap van volwassenen die snel eerste hulp kunnen bieden wanneer ze zich verbranden. Wat zijn daarbij de stelregels? “Vergeet alle trucjes van grootmoeder, zoals bloem of boter op de brandwonde smeren”, zegt Patrick. “Vaak doet dat meer kwaad dan goed. Het belangrijkste is om de wonde zo snel mogelijk af te koelen: eerst water, de rest komt later. Hou het verbrande lichaamsdeel dus onmiddellijk onder een kraan met koud water of zet het slachtoffer onder de douche. Houdt dat ook zo lang mogelijk vol, tot zelfs twintig minuten. Op die manier zal je de ernst van de brandwonde inperken en de genezing bevorderen. Je kunt nadien ook gerust een speciale brandwondenzalf smeren, maar als de wonde ernstig is, ga je natuurlijk zo snel mogelijk naar de spoedgevallen.” 

De wonde koelen met water is dus de primaire opdracht. Of dat water proper is of niet, maakt na een verbranding zelfs niet zo geweldig veel uit. Als iemand zich bijvoorbeeld buiten aan een barbecue verbrandt, mag je die persoon dus gerust in een beek of vijver duwen. De eventuele infecties die hij zo oploopt, zijn zorgen voor later. Het belangrijkste is in de eerste plaats de brandwonde af te koelen.  

Voorkomen dan genezen

Het behandelen van brandwonden is uiteraard noodzakelijk, maar nog veel beter is om ze te voorkomen. “De eerste regel is natuurlijk om voorzichtig te zijn”, zegt Patrick. “Kleine kinderen horen niet thuis in de keuken als volwassenen aan het koken zijn. Plaats ook hete voorwerpen of vloeistoffen niet aan de rand van de tafel en drink bijvoorbeeld geen koffie terwijl een kind op je schoot zit. Rond frietketels en barbecues kan je een “veiligheidszone” in acht nemen: in een straal van pakweg vijf meter is dat verboden terrein voor kinderen. Als je kinderen in bad zet, controleer je natuurlijk eerst de temperatuur van het water. Het is bijvoorbeeld ook een goed idee om thermostatische kranen op je bad te plaatsen. Je laat kinderen natuurlijk ook geen seconde alleen in bad, thermostatische kranen of niet. Tot slot: praat ook met je kinderen over de risico’s van hete koffie en frietketels. Leg hen uit wat de gevaren zijn en hoe pijnlijk het wel niet is om je aan zulke zaken te verbranden.” 

brandwonden

Op kamp

In België worden kinderen die met brandwonden in het ziekenhuis worden opgenomen uitstekend behandeld, maar zowel bij de ziekenhuisopname als tijdens de nabehandeling ziet de VZW Pinocchio toch nog ruimte om de kinderen en de ouders te ondersteunen. “Tijdens de ziekenhuisopname zorgen wij bijvoorbeeld voor speelgoed, we sturen een clown naar de kinderen zodat ze hun pijn eventjes kunnen vergeten, we staan ook de ouders bij met raad en daad… Alles om hun leven een beetje te vergemakkelijken”, zegt Patrick. “Alleen is hun beproeving nadat de kinderen het ziekenhuis hebben mogen verlaten vaak nog niet helemaal voorbij. Om die nood te ledigen organiseren we ook verschillende kampen.

Er is bijvoorbeeld het “Kuuroordkamp” in Spa voor kinderen van zes tot zestien jaar. Ze krijgen daar thermische baden en speciale massages zodat de littekens minder jeuken, maar daarnaast natuurlijk ook leuke speel- en doe-activiteiten. Zo’n kamp duurt tien dagen en staat helemaal in het teken van het welzijn van het kind. Voor heel kleine kinderen, van één tot vijf jaar, hebben we speciale “moeder-en-kind-kampen”. Dat is min of meer op hetzelfde idee gestoeld, maar dan mogen de mama’s mee. In de namiddag organiseren we ook speciale activiteiten voor die mama’s, zodat ze wat tijd kunnen doorbrengen met lotgenoten en kunnen praten met elkaar over wat er gebeurd is. Daarnaast organiseren we ook “Reïntegratiekampen” voor wat grotere kinderen, van zes tot achttien. Dat zijn eigenlijk pure fun-kampen, de kinderen gaan dan zwemmen, kamperen en ravotten.”

Financiële steun

Tot slot steunt de VZW ook ouders die het financieel moeilijk hebben na een ongeval. “Het wordt vaak onderschat hoe duur de nazorg wel niet is voor kinderen met brandwonden”, zegt Patrick. “De drukkledij, de kinesist, de verzorgingsproducten…dat kost allemaal geld en lang niet alles wordt terugbetaald. Als ouders dat niet meer kunnen betalen, proberen wij tussen te komen en nemen we de kosten zoveel mogelijk op ons.” 

Al die ondersteuning en de kampen zijn volledig gratis en worden door vrijwilligers georganiseerd. De VZW draait ook volledig op steun van derden, zegt Patrick. “We organiseren daarvoor evenementen, we worden gesteund door serviceclubs als Lions en Kiwanis en we krijgen natuurlijk ook giften van mensen en bedrijven. We kennen bijvoorbeeld koppels die als huwelijkscadeau aan hun familie vroegen om aan ons een schenking te doen. Dat is prachtig natuurlijk.”

Gezocht: vrijwilligers

Desondanks mag het natuurlijk altijd een beetje meer zijn. Naast financiële ondersteuning is de VZW Pinocchio trouwens ook op zoek naar extra vrijwilligers. Patrick: “Voor kampen vinden we meestal wel genoeg volk, maar we hebben ook nog verschillende andere activiteiten. We doen infolessen, organiseren opendeurdagen, we doen elk jaar een Sinterklaasfeest, we gaan regelmatig ook bij verbrandde kinderen op bezoek. Vaak moeten onze mensen dat na hun werkuren nog allemaal doen. Het zou fijn zijn als mensen dit lezen en denken: hey, daar wil ik ook bij helpen. Iemand die gepensioneerd is bijvoorbeeld, wat tijd over heeft en die nuttig wil besteden…die mensen mogen ons altijd contacteren (lacht).” 

Vorig artikel
Volgend artikel