België als wintersportland
In het vlakke land van Jacques Brel, waar voetbal en wielrennen de plak zwaaien, zal wintersport wellicht niet meteen dé nationale sport worden. Maar het aantal Belgen dat jaarlijks op wintersport vertrekt, ligt toch tussen de 640.000 en 730.000. Niet weinig.
Elk jaar trekken meer dan 650.000 Belgen op wintersportvakantie. Vanwaar de populariteit? Waarom zou je tijdens de winter de kou net opzoeken en een week verhuizen naar de bergen? Er zijn gemakkelijkere hobby’s… Maar vraag aan mensen waarom ze graag skiën of snowboarden en je zal in het antwoord bijna altijd ‘vrijheid’ horen. De cocktail van het bewegen in een fantastische omgeving, de mix van een actieve vakantie in goed gezelschap, is wat wintersport verslavend uniek maakt.
En dat goede gezelschap is wat een wintersportvakantie vaak zo leuk maakt. Weinig sporten kunnen namelijk claimen dat ze zo nauw verweven zijn met het vakantiegebeuren, waarin familie centraal staat. Want zeg eerlijk, bestaat er iets mooiers dan kinderen, ouders en grootouders die samen genieten van een sportieve week in de bergen? Wintersport is meer dan glijden op sneeuw. De hele ervaring – ja, zelfs het avontuur – zorgt ervoor dat je al de rest even vergeet.
Vraag aan mensen waarom ze graag skiën of snowboarden, je zal bijna altijd ‘vrijheid’ horen
Er bestaan weinig gezelschapsspelletjes met een label ‘van 3 tot 77 jaar’, laat staan sportdisciplines. Wie als kind begint, kent (nog) geen angst waardoor het leerproces – mits het volgen van lessen – echt vlot verloopt. Met een efficiënte techniek is skiën zelfs minder belastend voor de spieren en gewrichten dan stappen. De zwaartekracht doet namelijk het werk. Met een tracker op je smartwatch besef je pas welke afstanden je op een dag aflegt: een marathonafstand is kinderspel.
Als je de sneeuwsportenmicrobe met de paplepel meekrijgt, heb je die dus vaak levenslang te pakken. Sneeuwsporten in het meervoud, want de beleving op ski’s of op een snowboard kan alle richtingen uitgaan. Van alpine (bochtjes maken) tot freestyle met alle soorten sprongen, obstakels en kombochten. De wintersportoorden passen bovendien hun infrastructuur constant aan, om een zo uitgebreid mogelijke waaier van disciplines aan te bieden. Bovendien zetten alle landen fors in op kunstsneeuw om de natuur een handje te helpen en zo lange, sneeuwzekere seizoenen te garanderen.
De eerste stappen zetten, er terug inkomen na 348 dagen zonder sneeuw of een paar lessen om de juiste techniek op te frissen. Dat kan ook in onze contreien. Je hebt de keuze uit indoor sneeuwpistes (reuze frigo’s), kunstbanen op plastic matten of borstels en rolbanen, een soort reuze loopband op een helling. Vergelijk het met sporten in een gymzaal. Je hebt niet dezelfde horizonlijn als in de bergen. Maar de omstandigheden zijn er wel gunstig. Geen mist, wind of extreme temperaturen. Tijdens de winter zijn er ook enkele pistes in de Belgische Ardennen een paar weken open. Zowel voor de langlaufers, skiërs en snowboarders.