huis
Bouwen & Wonen

De buik vol van bakstenen

06.01.2016
door Frederic Petitjean

Het verwerven van een eigen huis is al drie, vier generaties lang een vanzelfsprekendheid in België. Voor huidige twintigers en dertigers is dat echter niet meer zo. Door de gestegen prijzen van grond en materialen en het plaatsgebrek wordt het voor hen steeds moeilijker om zich ‘huiseigenaar’ te noemen. Wat betekent een ‘thuis’ nog voor hen?

Ongeveer zeven op tien Belgen tussen 18 en 30 maken zich zorgen over de financiële haalbaarheid van een eigen huis. Dat blijkt uit een onderzoek dat de Zweedse woongigant Ikea vorig jaar deed naar hoe Generation Y tegenwoordig omgaat met bouwen en wonen. “Ze willen nog wel een huis, maar tegelijkertijd blijft deze generatie ook veel langer thuis wonen”, zegt Jolanda Wetzelaer van Ikea. “Vooral uit financiële noodzaak, omdat bouwen zo duur is geworden. Op die manier kunnen ze meer sparen.”

Ongeveer 30 procent van deze generatie heeft een eigen flat of huis, bij de bouw of aankoop daarvan werden ze heel vaak financieel gesteund door de ouders of grootouders. “Ze hebben dus nog wel een soort baksteen in de maag, maar een huis is voor hen niet iets permanents”, aldus Wetzelaer. “Ze trekken niet in een huis met het idee daar voor de rest van hun leven te blijven. Als er zich dan over vijf of tien jaar iets beters aandient, zullen ze er zonder probleem afscheid van nemen.”

Generation Y wordt uitgedaagd door gebreken: gebrek aan geld, tijd en ruimte

– Herman Konings

Ook trendwatcher Herman Konings bevestigt dit. “Dit is een nomadische generatie. Ze hebben veel gereisd en de wereld gezien. Daardoor zijn ze minder aan één plek gebonden. Het is ook een generatie die uitgedaagd wordt door gebreken: gebrek aan geld, gebrek aan tijd, gebrek aan ruimte… ze zijn verplicht daar inventief mee om te gaan.”

Volgens Konings staat het bezitten van een huis nog altijd hoog op de agenda van Generation Y, al was het maar omdat het in de Belgische cultuur zit ingebakken en omdat het een mooi appeltje voor de dorst vormt bij de pensionering. Maar daarnaast weten ze ook wel dat ze kleiner zullen moeten gaan wonen en hun huizen slimmer inrichten. “De keuken is tegenwoordig ook een werkruimte, de badkamer loopt over in de woonruimte en het bed verdwijnt in de muur. We zullen met ruimte moeten omgaan zoals de Japanners dat doen. Dat is een land waar ruimte schaars is en de huizen heel klein. Dat wordt hier ook meer en meer de norm.”

Omdat Generation Y zelf beseft dat wonen zoals dat vroeger vaak gebeurde – in een viergevelhuis in het groen – niet meer voor hen weggelegd is, zijn ze best bereid om in een klein huis te beginnen. Maar liefst niet voor altijd. “Want als er één ding is waar ze gesteld op zijn, is het hun individuele ruimte”, stelt Wetzelaer. “Als er kinderen komen, zal de woonst groter moeten zijn. Ondanks hun ecologische bewustzijn en sociale engagement, willen ze wat dat betreft niet te veel toegevingen doen.” Zo staat slechts 15 procent van de 27- tot 30-jarigen open voor cohousing, blijkt uit de Ikea-studie.

Het huis is een vorm van identificatie, maar ook een manier om erbij te horen

– Jolanda Wetzelaer

Toch zou het delen van woonruimte het gebrek aan ruimte en geld deels kunnen oplossen, aldus Konings. “Generation Y zijn kinderen van de deeleconomie, ze gebruiken AirBnB en Uber en delen auto’s via Cambio, dus waarom ook geen huis? Je ziet meer en meer twee of drie gezinnen samen een oud schooltje kopen, dat opknappen en er verschillende wooneenheden van maken. Het onderhoud van de tuin wordt dan gezamenlijk gedaan, lekker gemakkelijk.”

Konings maakt wel een onderscheid tussen twintigers en dertigers. “De twintigers hebben nog geen verantwoordelijkheid. Zij trekken vooral naar de stad omdat het daar leuk en gezellig is en huren er iets. Dertigers met kinderen denken al veel meer aan kopen en gaan terug naar de voorstad, omdat de stad voor hen te duur is geworden.” Een eigen huis hebbben is voor deze generatie dus uiteindelijk wel belangrijk. Wetzelaer: “Hun huis is ook een vorm van identificatie en een verlengstuk van hun persoonlijkheid, maar dient ook om ‘erbij te horen’.” Wetzelaer geeft de interieurfoto’s op Pinterest als voorbeeld. “80 procent daarvan is identiek. Je ziet constant de Scandinavische stijl: zwart-wit, een beetje retro, met houtaccenten en quotes aan de muur.”

Erbij horen, maar toch een eigen stijl hebben. Dat is wat Generation Y definieert. Maar de waarden die ze met een huis associëren, verschillen verbazingwekkend niet zo gek veel van wat hun ouders ervan verwachten: zelfontplooiing, warmte, geborgenheid, rust en ontspanning.

Vorig artikel
Volgend artikel