compact wonen
Bouwen & Wonen

Klein maar fijn: Compleet compact wonen

24.09.2022
door Ellen Van Hoegaerden

De Belg bouwt nog steeds graag, al zien de blauwdrukken er dezer dagen opvallend kleiner uit. Compact wonen wint aan populariteit, en je hoeft daarbij niet aan kwaliteit of ruimtelijkheid in te boeten. 

In vergelijking met andere Europese landen woont men in België nog steeds relatief groot, met een gemiddelde woonoppervlakte van om en nabij de 100 vierkante meter. Toch krijgt een fiks aantal woningen in ons land een aanzienlijk compacter karakter. “Kleiner wonen is niet zomaar een trend, maar een evolutie die zich ongetwijfeld verder zal doorzetten”, meent Johan Krijgsman, CEO bij makelaarskantoor ERA. “Om vandaag naar nieuwbouw te kijken is het voor veel mensen belangrijk geworden om het ‘kleine plaatje’ in acht te nemen, anders zal het niet langer betaalbaar zijn.”

Dat wil niet zeggen dat compact synoniem staat voor claustrofobisch. “Mensen willen compacter wonen, omdat het energiezuiniger is en dus voor een evenredig kleinere voetafdruk zorgt”, vervolgt Krijgsman. “Maar ze willen niet inboeten aan kwaliteit en een gevoel van ruimtelijkheid.” Indeling wordt daardoor een belangrijke voorwaarde. “Probeer daarom voor zoveel mogelijk ruimte te gaan in de kamers die je het meest benut. Vaak wordt de slaapkamer compacter, terwijl de woonkamer en keuken belangrijker worden geacht, omdat je daar doorgaans meer activiteiten uitvoert.”

“Lichtinval is ook een heel belangrijk aspect als we het hebben over het idee van ruimtelijkheid”, vult interieurdesigner Liandra Sadzo, ook bekend uit #LikeMe en De Buurtpolitie, aan. Zij benadrukt het belang van een indeling die aan jouw woonbehoeften voldoet, om dan gemakkelijk met enkele tips aan de slag te kunnen gaan. “Een echte no-go is je plafond schilderen in een donkere kleur, want dan oogt de ruimte veel kleiner. De beste optie is alles in één effen, lichte kleur. Al dan niet met een accentmuur.” 

Mensen willen compacter wonen, maar ze willen niet inboeten aan kwaliteit en een gevoel van ruimtelijkheid.

- Johan Krijgsman, ERA

Om efficiënt ruimte te besparen gaan in de hoogte werken en ‘opvouwbaarheid’ hand in hand. “Kies bijvoorbeeld voor een uitklapbaar bed, met lades onderaan of met een pompsysteem zodat je er langs alle kanten onder kunt. Daar kun je enorm veel spullen opbergen”, vervolgt Sadzo. En ook allerhande kasten vragen ruimtelijk nadenkwerk. “Nachtkastjes hoef je bijvoorbeeld niet altijd op de grond te plaatsen, maar kun je evengoed aan de muur bevestigen. Dat geldt ook voor uitklapbare bureaus, handig voor thuiswerkers of studenten. Gewoon dichtklappen op het einde van de dag en je hebt extra ruimte voor andere bezigheden.” 

In studentenkoten of studio’s vind je ook steeds vaker een mezzanine terug, een soort van open, tweede verdieping. “Daaronder kun je bijvoorbeeld een bureau, zetel of kledingkast plaatsen”, aldus Sadzo. Ook wandplankjes blijven een klassieker en werken als mooie en handige optie om in de hoogte te stapelen én eyecatchers te etaleren. “Hoe ik zelf nog ruimte bespaar is door een beamer te installeren in plaats van een tv. Dat lost ook het probleem met rommelige draden op. Maak ten slotte gebruik van spiegels om je ruimte groter te doen lijken.” 

Krijgsman duidt op het belang van het totaalconcept: “De afmetingen van je meubels met de juiste, lichte kleurtinten zorgen voor een goede dynamiek. Houd je ruimtes ook netjes. In een kleinere woongelegenheid is je spullenvolume beperken des te belangrijker om geen hoofdpijn te krijgen.” Sadzo volgt daarin: “Je kunt bijvoorbeeld opteren voor meubels op maat, al wordt het dan snel al iets duurder. Maar zo benut je wel iedere vierkante meter van de kamer.” 

Klein wonen is dus ook slim wonen: breng je woon- en leefbehoeften goed in kaart en houd vervolgens rekening met de indeling en mogelijkheden van je woonst. Een ruimtelijk gevoel verkrijgen wordt eenvoudig dankzij kleine ingrepen om van compact naar compleet wonen te gaan. 

Vorig artikel
Volgend artikel