smartphone
50+

Oma en opa doen het digitaal

04.10.2020
door Frederic Petitjean

Ouderen en technologie: een slechte combinatie? Absoluut niet. Ook voor 50-, 60- en zelfs 70-plussers is het de normaalste zaak van de wereld geworden om te mailen, chatten en Facebooken. En dat niet alleen op de computer, maar ook op de tablet en de smartphone.

Smartphone populair bij 55+

Hoezeer vijftigplussers wel niet verknocht zijn aan digitale technologie wordt onderzocht door het onderzoeksinstituut imec-MICT-UGent, dat de jaarlijkse Digimeter opstelt. Daarin wordt onderzocht hoe Vlamingen omgaan met media en ICT. “Een opvallende trend in de categorie 55-plus en zelfs 65-plus is dat de smartphone helemaal is doorgebroken”, zegt Karel Vandendriessche, een van de auteurs van het rapport. “Waar ze vroeger vooral de PC gebruikten om te internetten, is dat nu de telefoon. Meer zelfs: dat het smartphonegebruik van de Vlaming nog stijgt, is bijna volledig aan deze leeftijdscategorie te danken.”

Activiteiten in drie categorieën

Wat ouderen met die smartphone allemaal doen, valt voornamelijk in een drietal categorieën, zegt Vandendriessche. “Communiceren, zowel via e-mail als sociale media, is vaak de eerste stap. Zowat 78 procent van de 65-plussers is maandelijks actief op minstens één sociaal medium, zoals Facebook. Dat gaat ook hand in hand met het stijgende smartphonegebruik. Oma krijgt een smartphone? Ah, de perfecte gelegenheid om een Facebookprofiel aan te maken. Op de tweede plaats staat het consumeren van media, zoals nieuwssites, maar ook via YouTube en de sites van de tv-zenders. De derde poot is online shoppen. Het aantal digitale shoppers onder de ouderen is enorm gestegen.”

Fervente gebruiker van digitale technologie

Een van die fervente gebruikers van digitale technologie is Julien Milis (74) uit Ramsel. “Ik gebruik de laptop en de smartphone vooral om te mailen en te Whatsappen met vrienden en familie en om in contact te blijven met alle verenigingen en organisaties waar ik lid van ben”, zegt hij. “Ik denk dat ik elke dag toch nog een vijftien of twintig mails krijg, al zit er natuurlijk ook veel reclame tussen. Online banking doe ik ook. Nu goed, echt geweldig nieuw is dat voor mij ook niet, hoor. Toen ik nog ging werken, gebruikte ik ook elke dag een computer. Het verschil is dat ik hem, sinds ik gepensioneerd ben, enkel nog voor het plezier gebruik (lacht).”

Oma krijgt een smartphone? Een prima gelegenheid om een Facebookprofiel aan te maken.— Karel Vandendriessche, Digimeter

Surfen

Naast mailen en Whatsappen, wordt er ook veel gesurft door Julien, ook op de smartphone. “Zo’n iPhone is natuurlijk een bijzonder handig apparaatje als je snel iets wilt opzoeken. De naam van een goed wijntje of zo, als je in de Colruyt staat. Facebook en consoorten gebruik ik minder, moet ik toegeven. Wat andere mensen ’s middags eten, interesseert mij niet zo (lacht). Mijn echtgenote Lucienne gebruikt dat wel, al heeft ze geen account. Ze kijkt gewoon een beetje mee zonder zelf berichtjes te posten, bij lokale groepen als “Ge zijt van…”. En online shoppen doen we ook niet vaak, hoogstens een boek of zo. Ik ga graag eerst nog iets bekijken en vastpakken voor ik het koop.”

Grote groep die niet meer kunnen of willen volgen

Hoewel veel ouderen nu volop digitale technologie ‘consumeren’, blijft er toch ook een vrij grote groep voor wie de digitale revolutie te snel gaat en die niet meer kunnen of willen volgen. “Klopt”, zegt Vandendriessche. “Nog niet een op drie 65-plussers zegt dat het omgaan met digitale technologie gemakkelijk is. Bij de 55- tot 64-jarigen stijgt dat wel tot 47 procent, maar dat is dus nog altijd minder dan de helft. Veel van hen vinden ook dat mensen te afhankelijk worden van technologie en dat de vernieuwingen elkaar te snel opvolgen. Pas op, je zou het niet verwachten, maar er is ook een behoorlijke groep jongeren die er zo over denken. Dat ze een smartphone hebben, wil niet automatisch zeggen dat ze met alles mee zijn.”

Onontgonnen terrein

Uit de Digimeter blijkt ook wel dat er voor ouderen nog wat onontgonnen terrein is, wat digitale media betreft. Zo zijn videogames en ook digitale diensten als Spotify en Netflix nog quasi onbekend in de hogere leeftijdscategorieën. Zo ook bij Julien. “YouTube kan ik op mijn tv bekijken en dat doen we soms ook, maar Netflix hebben we niet, nee. Ik krijg nu al niet alles bekeken, laat staan dat dat er nog eens bijkomt.”

Vorig artikel
Volgend artikel