Interview door Fokus Online

Toon Aerts: ‘Ik doe niets liever dan sporten in de buitenlucht’

Het was een speciaal fietsjaar voor Toon Aerts, met heel wat wedstrijden die werden afgelast omwille van COVID-19. Toch genoot hij tijdens deze rustigere weken dubbel zo hard van lange fietstochten in de zon, en dat op plekken waarvan hij niet eens wist dat ze bestonden. “Dit jaar heb ik extra hard beseft hoe blij ik ben met veldrijden als sport.”

Wanneer we Toon Aerts spreken zit niet alleen zijn seizoen, maar ook zijn rustperiode er alweer op. “Ik ben net opnieuw begonnen met trainen, na vier weken rust. Eigenlijk was ik al eerder terug beginnen fietsen, want er valt voor de rest niet veel te doen. Normaal ga ik altijd skiën deze periode, dat zat er nu uiteraard even niet in.”

Waar kijk je vooral naar uit in afwachting van het nieuwe seizoen?

“Ik kijk er vooral naar uit om terug te crossen met publiek en hoop dat dit volgend seizoen opnieuw mogelijk is. Ik heb gemerkt dat het publiek mij extra kracht geeft. Wanneer je bijvoorbeeld aan het fietsen bent en je tijdens de wedstrijd zelf merkt dat je net geen podiumplaats zal rijden, dan ben je na 40 minuten op je eentje aan het rondfietsen op het parcours. Die laatste 20 minuten fiets je alleen rond, terwijl je niemand meer kunt inhalen en niemand jou nog achterna komt. Als er dan publiek staat, dan word je aangemoedigd, je voelt die steun en warmte. Dat is me zo hard opgevallen dit seizoen. Na goede prestaties gaat dat allemaal wel, maar wanneer je eens een mindere dag hebt, krijg je meestal een figuurlijk schouderklopje van de supporters voor, na en tijdens de wedstrijd. Nu zag of hoorde je ze niet. Dat heb ik gemist.”

Het sociale aspect van het wielrennen is dus iets waar je veel belang aan hecht. Uit zich dat ook in het graag in groep rijden en trainen?

“Ja, absoluut. Het is veel gemakkelijker om in groep dieper te gaan tijdens een training, tegenover wanneer je alleen traint. Dan denk je sneller dat je hard genoeg je best hebt gedaan, terwijl anderen je pushen om nog nét iets dieper te gaan.” Is dat bevorderlijk naar wedstrijddagen toe? “Dat spel en die wedstrijdvorm op zo’n training is een enorm voordeel voor een wedstrijddag, omdat alles dan makkelijker aanvoelt. Al train ik samen met mijn broer, met de ploeg of met een groep jonge gasten buiten, het motiveert mij om nog harder mijn best te doen. Dat maakt het competitiebeest los.

Tijdens een wedstrijd gebeurt dat ook. Wout ( Van Aert) is bijvoorbeeld altijd beter geweest dan ik. Al tijdens onze jeugd stak hij erbovenuit. Als je dan bij een koers een ronde bij hem in het wiel kunt zitten en dat lukt je nog een ronde, dan krijg je vleugels omdat je meer in je mars had dan je ’s ochtends had gehoopt. Bij zulke wedstrijden kun je net iets meer omdat je beseft dat je naast zo’n kleppers rijdt. Dat duwt je mee vooruit.”

Veldrijden brengt je op plaatsen waarvan je niet eens wist dat ze bestonden.

Dit jaar vonden de meeste trainingen in eigen land plaats. Haal je uit die binnenlandse trainingen evenveel voor jezelf dan uit de buitenlandse?

“Langs de ene kant ben ik dit jaar aangenaam verrast door de fietsroutes die we hier in België hebben. Natuurlijk is het altijd wel leuker wanneer je naar verschillende locaties buiten kunt gaan, zeker wanneer het een locatie in het buitenland betreft waar het altijd mooi weer is (lacht). Langs de andere kant ga ik bijvoorbeeld vaak naar Mallorca, maar na een tijd ken je wel alle klimmen en putten in de weg, en dan daag je jezelf minder uit. Door regelmatig van parcours te veranderen behoud je je focus en leer je telkens weer iets nieuws.”

Daardoor verleg je je grenzen iedere keer weer?

“Nieuwe routes en de verrassingen die daarmee gepaard gaan houden je scherp. In principe is het belangrijkste in eigen land dat je een goed trainingsparcours buiten vindt met rustigere wegen en lange klimmen. Er sluipt in trainen eigenlijk nooit verveling. In onze sport is er altijd een nieuw obstakel dat opduikt, een nieuwe hindernis om onder de knie te krijgen, iets nieuws dat je nog niet eerder hebt gedaan. Dat doet mij altijd opnieuw uitkijken naar een andere cross. Elk jaar veranderen ze ook het wedstrijdparcours, dat is het leukste. Elke keer opnieuw moet je kijken: oké, wat is er veranderd dit jaar? Voor welke uitdagingen sta ik hier? Zo merk je dat je steeds beter wordt en dat je groeit.”

Zou je het veldrijden aanraden omdat mensen zichzelf dan kunnen uitdagen?

“Onder andere. Nieuwe dingen leren blijft het leukste, hé. Als er een zandstrook is waar je in het begin niet doorgeraakt en je blijft daarop oefenen, dan ontdek je op een dag dat je er plots wél volledig kunt doorfietsen. In het begin oefen je meestal met een panlatje, na een tijd kun je over een omgevallen boom springen. Die uitdaging en afwisseling maken het zo tof. Ook goed weer is een belangrijk aspect. Ik vind niets leuker dan sporten in de buiten lucht. Misschien is het moeilijker om te vertrekken wanneer het regent, maar eens je onderweg bent, dan krijg je een topgevoel. Zeker tijdens het lopen, dan geraak ik echt in een flow. Als je daarna terugkomt, voel je jezelf bij wijze van spreken een held die de regen heef

buiten

Gelukkig was het vorig jaar best goed weer toen de wedstrijden werden afgelast. Heb je daarvan kunnen genieten?

“Eigenlijk wel. Dit jaar heb ik extra beseft hoe blij ik ben met veldrijden als sport. Onze wegwedstrijden van mei tot juni vielen bijna allemaal weg, en dan hebben we onze trainingsschema’s iets minder opgevolgd. Had je zin om vier uur te gaan fietsen buiten? Dan ging je vier uur fietsen buiten. Ik heb toen gemerkt dat ik er echt nog steeds van kan genieten om in het zonnetje te fietsen, en dat het een heel ontspannend effect heeft op mij.”

Hoe zou je anderen willen uitdagen om meer buiten te sporten?

“Probeer zelf naar geheime plekjes en verborgen parels op zoek te gaan. Dat ben ik vorig jaar echt gewaargeworden door corona. België heeft veel leuke streken en gebieden, mooie paden die ik heb ontdekt door er ‘per ongeluk’ voorbij te fietsen, oude kastelen in bossen, stukken heide in het midden van een gebied… Dat zijn dingen die ik normaal vooral
in het buitenland ontdek, nu weet ik dat dat ook kan in eigen land. In plaats van meer gestructureerde trainingsroutes zijn lange, ongeplande fietstochten zeker een aanrader. Het brengt je op plaatsen waarvan je op voorhand niet eens wist dat ze bestonden. Haal plezier uit die kleine dingen.”

Smart
fact

Stel: veldrijden bestond niet. Voor welke (sport)carrière zou je dan gaan?

“Of ik er een topper in zou worden weet ik niet, maar lopen gaat mij in het algemeen wel goed af. Dat komt natuurlijk ook wel wat bij het veldrijden kijken. Al weet ik niet of ik dan voor 100 meter, 1000 meter of een marathon zou gaan. Ik heb voor sportleerkracht gestudeerd dus ik heb wel een brede interesse in zowat alle sporten eigenlijk. Ook buiten skiën doe ik heel graag. Misschien zou ik daar wel voor gaan dan.”

27.03.2021
door Fokus Online
Vorig artikel
Volgend artikel