intellectuele eigendom
Business

Een slotje op uw intellectuele eigendom

25.01.2023
door Fokus Online

Van merkenrechten over softwarecode tot technische uitvindingen en methodieken om bepaalde productieprocessen te verbeteren… Veel bedrijven zitten op een berg intellectuele eigendom die het absoluut waard is om te beschermen. Maar hoe begin je daaraan? En in welke landen geldt zo’n bescherming dan? 

Wat intellectuele eigendom precies is, laat zich eigenlijk vrij gemakkelijk samenvatten, zegt Sjors de Koning, patent attorney bij het gespecialiseerde bureau Calysta. “Intellectual property of IP kun je in drie categorieën opdelen. De eerste zijn patenten of octrooien: uitvindingen, processen of producten die een probleem op een technische manier oplossen. De tweede zijn merken, alles waar een gebruiker aan kan herkennen waar een product vandaan komt. Dat kan een merknaam zijn, maar evengoed een slogan, een vorm of zelfs een kleur. Milka bijvoorbeeld heeft het paars van zijn chocoladewikkels proberen te beschermen.

De derde categorie is modelrecht, dit heeft betrekking op de visuele aspecten van een product. Zo heeft Spa de vorm van zijn waterflesjes laten beschermen. Los van deze categorieën heb je ook nog het zogenoemde auteursrecht. Dat gaat over boeken, muziek, teksten en zelfs softwarecode die geschreven wordt. In tegenstelling tot de eerste drie categorieën moet je dit niet aanvragen, maar wordt dit automatisch toegekend.” 

In principe wordt elk IP tijdelijk en geografisch beperkt beschermd. Een aanvrager moet zijn aanvraag dus land per land indienen, al zijn er regionale systemen en zal er binnenkort ook een quasi-Europees patent in werking treden. Daarnaast bestaat er ook de zogeheten PCT-procedure. “Daarbij wordt je mogelijke patent internationaal ingediend voor 157 landen en krijg je een eerste indicatie over de kans dat dit wordt goedgekeurd”, legt Sjors de Koning uit. “Maar de uiteindelijke aanvraag moet je nog altijd individueel doen in elk land apart.” 

Je merk, product of uitvinding wereldwijd beschermen, is niet alleen omslachtig maar ook peperduur en misschien zelfs niet eens nodig, aldus de octrooigemachtigde. “Je moet als bedrijf goed nadenken over je USP, je unique selling proposition. Wat maakt jou of je uitvinding uniek? Wat kun je beschermen zodat je concurrenten er geen gebruik van kunnen maken? En natuurlijk dan ook: waar bevinden die concurrenten zich? Veel bedrijven patenteren bijvoorbeeld zaken in hun belangrijke afzetmarkten en in de landen waar hun concurrenten fabrieken hebben. Op die manier moeten ze hun fabrieken al naar andere landen verplaatsen als ze jouw product willen namaken. En dan is het sop vaak de kool niet waard. Voor Europese bedrijven is een patent in, pakweg, Duitsland, Frankrijk en het VK meestal ook voldoende vanuit economisch standpunt. Daarmee heb je vaak het grootste deel van de markt al afgedekt.” 

Je moet als bedrijf goed nadenken over je USP, je unique selling proposition. Wat maakt jou of je uitvinding uniek?

Denk er ook aan: als je een patent aanvraagt, mag het product of de uitvinding nog niet openbaar gemaakt zijn. Anders kan een concurrent natuurlijk aanvoeren dat hij jouw product of oplossing al gezien had. En ook: het aanvragen van een patent gaat gepaard met het lossen van heel veel technische en commercieel interessante informatie. Concurrenten in andere landen lezen die informatie ook.

Desondanks zijn er toch heel wat goede redenen voor een bedrijf om een goede patentstrategie op te zetten, aldus Sjors de Koning. “Het beschermt je omzet en is een goede hefboom om investeerders aan te trekken. Patenten maken vaak ook mee de prijs uit wanneer bedrijven verkocht en overgenomen worden. Gepatenteerde producten kunnen daarnaast ook deels vrijgesteld worden van vennootschapsbelasting, voor sommige bedrijven maakt dat een serieus verschil uit voor hun bedrijfswinst.” 

En dan natuurlijk de hamvraag: hoeveel kost zo’n aanvraag? De Koning: “Reken voor het opstellen en indienen van een eerste patentaanvraag op 5.000 à 10.000 euro. Voor merk- en modelbescherming ben je er met 1.000 à 2.000 euro vanaf. In tegenstelling tot veel andere landen worden in ieder van de Benelux-landen patentaanvragen sowieso toegekend. Als er dan een conflict is, moet een rechter er over beslissen. Bijna overal elders is er een voorafgaand onderzoek aan je aanvraag.” 

Het is natuurlijk ook maar de vraag of een obscuur Chinees bedrijf onder de indruk zal zijn van je patent. Met andere woorden: hoe goed ben je beschermd met een patent tegen namaak? “Als je een Chinees patent hebt, zal de productie van het namaakproduct stilgelegd worden. Ook in China, dat zijn reputatie op dat vlak de laatste jaren stevig opgekrikt heeft. Er zijn daar ondertussen speciale patentrechtbanken opgericht en ook Westerse bedrijven winnen daar regelmatig zaken. Ik zie China de laatste jaren zelfs meer en meer opschuiven van ‘kopieerder’ naar ‘uitvinder’, Chinese bedrijven beginnen stilaan in gigantische hoeveelheden zelf patenten aan te vragen. Een Belgisch of Europees patent is voldoende om de import en verkoop hier te stoppen.” 

Vorig artikel
Volgend artikel