Interview door Frederic Petitjean

‘Sinds ik begon, is de advocatuur onherkenbaar veranderd’

Als voorzitter van de Orde van Vlaamse Balies heeft Dominique Matthys een unieke kijk op het justitiële landschap. Hoe heeft hij het beroep van advocaat zien evolueren? Alles digitaal? “In de rechtspraak zal er altijd een menselijke factor nodig zijn”.

We ontmoeten Dominique Matthys op de statige hoofdzetel van de Orde van Vlaamse Balies in Brussel. Hij komt helemaal niet uit een ‘rechtenfamilie’, vertrouwt hij ons toe. Aanvankelijk wilde hij burgerlijk ingenieur worden, maar de overdosis wiskunde in het voorbereidende jaar (“40 uur per week!”), duwden hem in de armen van Vrouwe Justitia. Veertig jaar later houdt hij haar nog steeds stevig vast.

Wat zijn in al die jaren de belangrijkste omwentelingen geweest in de advocatuur en magistratuur?

“Oh, sinds ik begon is het beroep onherkenbaar gewijzigd. Waarschijnlijk de grootste verandering was wel de Europese rechtspraak, waarin gesteld werd dat wij ondernemers zijn. En dat wij daardoor ondernemerslogica moeten volgen. We hebben nu een economische verantwoordelijkheid in de relatie met de cliënt. We moeten transparante dienstverlening leveren, open communiceren over onze tarieven, omgaan met concurrentie, publiciteit voeren… Toen ik begon, was zoiets nog ketterij (lacht).”

Om te oordelen heb je vaak menselijkheid en emotionele intelligentie nodig, dat kan een computer nog maar lastig vatten

Hoe heeft dat de relatie met die cliënt veranderd?

“Die cliënt is ook een klant geworden. Die wil waar voor zijn geld, die wil uitleg en feedback en die legt zich niet zomaar neer bij wat wij zeggen of wat de rechter zegt. Medische beroepen zijn trouwens ook door die evolutie moeten gaan. Nu, de rechtspraak zelf is ook veranderd, laten we dat niet vergeten. Vroeger was het veel vaker een zwart-wit-verhaal, met een winnaar en een verliezer. Tegenwoordig is alles een stuk genuanceerder en is er veel meer aandacht voor alternatieve manieren om geschillen op te lossen, waarin beide partijen zich kunnen vinden. Denk maar aan de minnelijke schikking, de bemiddeling of de arbitrage. Ik vind dat zeer positief.”

Voor juridisch advies hoef je tegenwoordig ook niet meer noodzakelijk naar een advocaat te gaan.

“Ja, dat klopt, consultants doen dat nu ook. Eigenlijk kan iedereen een bordje op zijn deur hangen met ‘juridisch adviseur’. Maar er zijn toch nog wel enkele kernwaarden die ons onderscheiden, hoor. Onze scholing, om maar iets te noemen. Ons verplicht beroepsgeheim. Het verbod op het dienen van strijdige belangen. En de absolute partijdigheid, in het belang van de cliënt. Tegelijk zijn er ook heel wat advocaten die nu ander werk doen dan het pure pleiten. Ze bekleden mandaten bij collectieve schuldenregelingen of faillissementen of ze doen aan consulting. Ook het pro-Deowerk is sterk toegenomen.”

Hoe verschilt een pro-Deo advocaat dan van een gewone advocaat?

“Wel, hij wordt in se betaald door een andere broodheer. En dat schept toch een andere logica of een andere invalshoek. Pas op, ik verbind daar geen enkele connotatie aan. Het ene is zeker niet slechter of beter dan het andere.”

Een andere omwenteling waar u voor staat, is de digitaliseringHoe evolueert dit?

“Het verwerken van materiaal gaat nu oneindig veel sneller, de communicatiemogelijkheden zijn zoveel groter geworden, tussen advocaten onderling, maar ook tussen advocaat en cliënt. Binnenkort komen we dan in het big data-tijdperk. Vroeger was een advocaat een krak in het opzoeken van rechtsleer, nu doet een computer dat stukken beter. We moeten dus aanvaarden dat die computer voor een stuk in onze plaats denkt.”

Zijn er binnen twintig jaar nog advocaten en rechters?

“Er zullen veel meer computers zijn, dat is onafwendbaar. En die zullen ook bepaalde zaken kunnen doen: het kwantificeren van schade door bewijsstukken bijvoorbeeld. Maar dan nog zal er volgens mij een menselijke hand nodig blijven om soms nog afwijkingen te bepalen. Stel: iedereen die op de autostrade 130 rijdt, krijgt 50 euro boete. Maar dan is er een man die zijn zwangere vrouw zo snel mogelijk naar het ziekenhuis wilde brengen. Ga je die ook beboeten? Om over zoiets te oordelen, heb je menselijkheid en emotionele intelligentie nodig en dat kunnen computers nog maar heel moeilijk vatten.”

Wat moet de digitalisering vandaag al verhelpen?

“Vandaag produceren we nog enorme hoeveelheden papier. Die papieren moeten dan vaak ook nog eens gehandtekend worden, officieel neergelegd worden, daar moeten stempels op, die moeten aangetekend verzonden worden…Heel efficiënt is dat allemaal niet. In de communicatie met Justitie moeten we dus nog véél meer de kaart van het digitale trekken. Het neerleggen van stukken en van verzoekschriften, het inkijken van dossiers, het aanleveren van dossiers, zulke dingen zouden elektronisch moeten gebeuren.”

Nochtans, Justitie en IT, het is vaak geen gelukkig huwelijk. Er zijn al verschillende miljoenenprojecten opgezet, die een paar jaar later in de vuilbak belandden.

“Dat is zeker zo. Maar toch zie ik vooruitgang. Met minister Geens is er opnieuw moed om die uitdaging aan te gaan. We kunnen ook niet anders, het is de enige manier. In de ons omringende landen staan ze al veel verder, we moeten mee. Daarom ook dat we, samen met verschillende andere juridisch beroepen, zoals de gerechtsdeurwaarders en de notarissen, beslist hebben om met Justitie een protocol van samenwerking te ondertekenen. We weten allemaal dat Justitie moet besparen en dat er weinig financiële speelruimte is.”

“Dit protocol duidt tien concrete projecten aan die wij mee zullen helpen financieren. De e-Deposit bijvoorbeeld, waarmee conclusies en stukken elektronisch ingediend kunnen worden. We hebben zelf ook Diplad opgezet, Digitaal Platform voor de Advocaat. Daarmee zetten we verschillende projecten op om de werkprocessen van de advocaten te digitaliseren. Ook de Franstalige confraters doen er aan mee. Dat zijn zaken die ons nu geld kosten, maar waarvan we op termijn de vruchten zullen plukken.”

Smart
fact

Als Dominique Matthys niet in de advocatuur was terechtgekomen, dan was hij…

“Musicus, zoals mijn vader. Om tot een maatschappij te komen waarin de rechten van het individu in balans zijn met de rechten van de maatschappij, heb je een paar cruciale elementen nodig: degelijk onderwijs, vrije pers, een onafhankelijke advocatuur en ook creatieve kunstenaars.”

25.03.2017
door Frederic Petitjean
Vorig artikel
Volgend artikel