Interview door Hannes Dedeurwaerder

‘Discount en duurzaamheid kunnen perfect samengaan’

Lidl België wil qua duurzaamheid tot de topretailers behoren. Maar hoe maak je die ambitie waar in zo’n concurrentiële sector? En welke stappen zet het bedrijf concreet? Een gesprek met Philippe Weiler, Hoofd Duurzaamheid voor Lidl België en Luxemburg.

Lidl België wil qua duurzaamheid tot de topretailers behoren. Maar hoe maak je die ambitie waar in zo’n concurrentiële sector? En welke stappen zet het bedrijf concreet? Een gesprek met Philippe Weiler, Hoofd Duurzaamheid voor Lidl België en Luxemburg.

Waarom heb je in 2016 concreet voor Lidl gekozen na een carrière bij verschillende ngo’s?

“Ik wou bij een bedrijf aan de slag dat op vlak van duurzaamheid nog grote stappen kan zetten. In een organisatie die op dat vlak al koploper was, zou mijn impact te klein zijn geweest – en impact creëren is altijd mijn drive geweest. Lidl België en Luxemburg had in 2016 nog geen structureel duurzaamheidsbeleid, dus de keuze was snel gemaakt. Bijkomend ben ik ervan overtuigd dat duurzaamheid de enige garantie is die retailers hebben om morgen of binnen een jaar nog op dezelfde manier te kunnen werken.”

Hoe definieer jij MVO voor jezelf ?

“Dat je als bedrijf je verantwoordelijkheid neemt voor de impact die je hebt, of die nu positief of negatief is. En een retailer als Lidl heeft duizenden ‘impacten’: de uitstoot van vrachtwagens die van de distributiecentra naar de filialen rijden, de manier waarop de producten geteeld en getransporteerd worden, de energie die onze distributiecentra en winkels verbruiken, hoe lokaal ons assortiment wordt samengesteld… Wij hebben alles in 2016 in kaart gebracht en de omvang ervan berekend en vervolgens programma’s en doelstellingen gedefinieerd voor onze belangrijkste impacten. Op het einde van de dag wil je dat je volledige footprint als bedrijf positief is.”

Speelt Lidl België en Luxemburg daarin alleen, of passen de ambities in de internationale duurzaamheidsdoelen van de Lidl-groep?

“De Lidl-groep, wereldwijd de vierde grootste retailer, biedt een kader dat stelt dat er duurzaam gewerkt moet worden rond de vijf pijlers. Assortiment, medewerkers, milieu, maatschappij en businesspartners. Hoe dat concreet wordt ingevuld, daar is elk land vrij in. Anders gezegd: toen ik in 2016 bij Lidl België en Luxemburg begon, kreeg ik carte blanche. Samen met alle teams en departementen hebben we hard gewerkt aan een nieuw MVO-beleid dat 360 graden dekt, met 50 concrete en stuk voor stuk zeer ambitieuze doelstellingen. We zijn vandaag op dat vlak in België/Luxemburg een koploper, zelfs binnen de internationale Lidl-groep. We móéten ambitieus zijn, want de tijd van kleine stapjes nemen is voorbij – we gaan voor een radicale impact.”

Ik ben ervan overtuigd dat duurzaamheid de enige garantie is die retailers hebben om morgen of binnen een jaar nog op dezelfde manier te kunnen werken.

Waarom is MVO voor jullie zo belangrijk?

“Het was in 2016 de overtuiging van de CEO dat duurzaamheid veel hoger op de agenda moest. En niet omdat het marketinggewijs mooi meegenomen is, maar vanuit de overtuiging dat wij een maatschappelijke rol spelen waar verantwoordlijkheden aan gekoppeld zijn, ook als werkgever. Het zou ons toelaten efficiënter te kunnen werken en verstandiger met grondstoffen om te gaan – efficiëntiewinst is altijd financiële winst. Bovendien zou het ons imago ten goede komen, zeker in een sector waarin meer en meer spelers inzetten op duurzaamheid. Allemaal troeven in de héél competitieve omgeving die retail is.

Toen we samen de strategie uitwerkten, hebben we de lat op vlak van ambitie meteen hoog gelegd. Ook al omdat ik tijdens mijn ngo-traject heel wat bedrijven had gezien die aan greenwashing doen: een verhaal groener verkopen dan het in werkelijkheid is – wat trouwens vandaag nog steeds enorm vaak gebeurt. In die val wilde ik als Hoofd Duurzaamheid absoluut niet trappen. Ik heb daar de toestemming voor gekregen, op voorwaarde dat ik erin slaagde er een draagvlak voor te creëren. En gelukkig beschik ik op een of andere manier over het talent om mensen te overtuigen (lacht).”

Een vaak gehoord misverstand is dat duurzaamheid groei en winst in de weg zou staan.

“Duurzame business is good business. Maar daar schuilt voor ons de uitdaging: wij zijn een discounter, dus mensen denken automatisch dat wij niet duurzaam kunnen werken omdat alles rond lage prijzen draait. Maar kijk naar IKEA: een van de grootste discounters ter wereld, en meteen ook een van de duurzaamste. Dus duurzaam en discount kunnen perfect hand in hand gaan. Wat op korte termijn een meerkost kan betekenen, is op lange termijn mogelijk een grote win. De uitdaging is om dat te vertalen in concrete cijfers. En dat lukt bij Lidl. Zo krijgen we de hele organisatie mee op de duurzaamheidstrein.

Vervolgens moeten we dat ook bij de consumenten helder krijgen: Lidl België is dan wel koploper qua duurzaamheid, maar geen kat die dat weet. En dat terwijl we zo’n mooie verhalen hebben. Zoals het feit dat al onze chocolade vandaag duurzaam is, van de chocoladereep tot de chocoladeschilfers in de ontbijtvlokken toe. En we gaan nu zelfs nog een stap verder, met onze Way To Go-chocoladereep. De cacaoboer in Ghana krijgt bovenop de Fairtrade-premie een extra premie, die rechtstreeks wordt uitbetaald aan de lokale coöperatieve. Alleen zo geraken onze producenten écht uit de armoede.”

Je mag dan wel een ambitieuze duurzaamheidsstrategie hebben, als je de mensen in de filialen niet meekrijgt, ga je er niet geraken.

Je spreekt van afdelingshoofden, maar hoe krijg je de medewerkers in de winkel mee?

“Goeie vraag, want bij een discounter als Lidl staat 90 tot 95 procent van de medewerkers op de werkvloer – in België alleen zijn ze met 10.000. Je mag dan wel een ambitieuze duurzaamheidsstrategie hebben, als je de mensen in de filialen niet meekrijgt, ga je er niet geraken. Hoe we dat doen? Bijvoorbeeld met ons Good taste, zero waste-project: fruit en groenten die niet meer voor verkoop geschikt zijn, maar nog perfect voor consumptie, bundelen onze collega’s dagelijks in een pakket ter waarde van 1 euro. Zo verminderen we foodwaste. Bovendien schenken we van die euro een halve euro aan de voedselbanken. Zulke concrete acties maken een verschil, niet alleen in de cijfers, maar vooral in de betrokkenheid van onze collega’s in het filiaal.”

Lidl wil een ‘buitengewone buur’ zijn in buurten waar jullie gevestigd zijn. Wat is dat precies?

“Wij hebben 300 winkels, dat betekent dat we in 300 gemeenten impact hebben. En dus hebben we ons de vraag gesteld: willen we gewoon een betonnen gebouw met een parking zijn, of een zinvolle onderneming voor de buurt? Zo stellen we ondertussen in 75 filialen gratis laadpalen ter beschikking van de klanten en omwonenden en kun je je wagen of fiets opladen met de zonne-energie die we in dat filiaal opwekken met onze zonnepanelen.

Recent hebben we ook vijf winkels uitgerust met een publieke defibrillator. Dit heeft misschien niks met duurzaamheid te maken, maar wel alles met maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen. Dagelijks komen duizenden klanten bij ons over de vloer. Als we dan een leven kunnen redden dankzij een defibrillator, dan moeten we dat gewoon doen. En deze toestellen zijn 24/7 beschikbaar voor alle buurtbewoners en passanten. En zo kunnen we meer zijn dan dat betonnen gebouw. Dat is duurzaamheid in alle opzichten.”

Smart
fact

Als ik geen Hoofd Duurzaamheid bij Lidl was, dan was ik nu…

“Ik ben bio-ingenieur van achtergrond, en voor mijn thesis ging ik in Burindi de longvis bestuderen. Daar, en later in Ecuador, heb ik gezien hoezeer de mens afhankelijk is van ecosystemen en hoe kwetsbaar we zijn. Vandaar mijn engagement bij onder meer WWF, om bedrijven te begeleiden naar meer duurzaamheid. Door in 2016 naar Lidl te gaan, heb ik heel bewust de stap gezet van ngo naar profit. Omdat ik het gevoel had meer duurzaamheidsimpact te kunnen hebben indien ik aan de ‘overkant van de tafel’ zou zitten, namelijk in een bedrijf.”

09.07.2020
door Hannes Dedeurwaerder
Vorig artikel
Volgend artikel